Prominente fysici: “Bouw een versneller van 100 kilometer bij CERN”

Een grote nieuwe deeltjesversneller bij CERN, met een omtrek van 100 kilometer, is de verstandigste keus om de deeltjesfysica de komende decennia echt vooruit te helpen.

Trefwoorden: #CERN, #CLIC, #deeltjesfysica, #elektron, #FCC, #fysici, #higgsdeeltje, #ILC, #Japan, #LEP, #LHC, #lineair, #machine, #proton, #tunnel, #versneller, #werkgroep

Lees verder

research

( Foto: NIKHEF )

ENGINEERINGNET.BE - Dat concluderen ruim vijftig vooraanstaande natuurkundigen, onder wie een aantal CERN-directeuren en bestuurders, in een online verschenen analyse.

In de studie worden twee belangrijke opties vergeleken: een cirkelvormige versneller van 100 kilometer omtrek, de FCC, en een lineaire versneller CLIC van tientallen kilometers lang, beide in de regio Genève. De FCC, eerste met botsende elektronen en later met botsende protonen in dezelfde tunnel, biedt over een lange periode de rijkste kansen voor de deeltjesfysica, is de conclusie van de studie.

Die is gebaseerd op een reeks voorbereidende rapporten en bijeenkomsten van de afgelopen jaren. Bij de afwegingen speelt ook een rol dat Japan al jaren geen uitsluitsel geeft over een voorstel om daar een lineaire versneller te realiseren, de ILC.

De FCC-machine is zowel goed om het higgsdeeltje verder te verkennen als om bij hoge energie naar nieuwe verschijnselen te zoeken. Bij CLIC is dat onzekerder, vooral omdat die lineaire versneller minder intense bundels kan leveren en maar op één punt een detectorexperiment heeft. Bij de FCC worden bundels steeds hergebruikt en is er ruimte voor een aantal experimenten tegelijk.

Voor beide machines geldt dat er zeer uitgebreid onderzoek nodig is om ze echt te bouwen. FCC kan daarbij leunen op de ervaring met versnellers als de huidige LHC en zijn voorganger LEP op CERN. Voor CLIC is nog geen eerder voorbeeld.

Volgens de auteurs is een groot en visionair versnellerproject belangrijk voor de Europese deeltjesfysica en CERN in het bijzonder. Daarbij zijn nieuwe manieren nodig om samen te werken en om voldoende wetenschappers bij elkaar te brengen. Tegelijk zijn de kosten van zo’n project hoog, zeker 10 miljard euro, en is goodwill van de samenleving cruciaal.

De analyse verschijnt op het moment dat Europa de laatste hand legt aan een geactualiseerde strategie voor deeltjesfysica. Eind januari wordt die strategie door een Europese werkgroep opgesteld in een bijeenkomst in Duitsland, en in mei gepresenteerd in Hongarije.