UZ Leuven implanteert nieuwste generatie biologische hartklep

UZ Leuven is het eerste Belgische ziekenhuis dat een biologische hartklep met een langere duurzaamheid aanbiedt. Begin september werd dit nieuw type hartklep voor het eerst geïmplanteerd.

Trefwoorden: #biologische hartklep, #hartklep, #implantatie, #operatie, #UZ Leuven

Lees verder

research

( Foto: screen Vimeo - UZ Leuven )

ENGINEERINGNET.BE - Vandaag heeft iemand met een defecte aortaklep de keuze tussen een mechanische of biologische klep. Een mechanische hartklep gaat levenslang mee, maar heeft het onmiskenbare nadeel dat je ook levenslang bloedverdunners moet innemen. Bovendien maakt een mechanische klep een tikkend geluid.

Bij een biologische klep, gemaakt van varkens- of runderweefsel, moet een patiënt geen medicijnen innemen en hoor je geen geluid. Het grote nadeel is dat een biologische klep verslijt of verkalkt: gemiddeld is een biologische klep na tien tot vijftien jaar aan vervanging toe. Dat proces van verkalking gaat sneller bij jongere patiënten.

De nieuwe Inspiris-hartklep is gemaakt van runderweefsel bewerkt met een nieuwe conserveringstechnologie. Die zorgt voor minder kalkafzetting en bijgevolg minder slijtage. Bovendien maakt die nieuwe weefseltechnologie het mogelijk om de klep droog te bewaren in plaats van, zoals nu gebeurt, in een vloeistof.

De bewaarvloeistof voor andere hartkleppen is licht toxisch en moet daarom net voor het inbrengen in het lichaam grondig afgespoeld worden. Omdat de nieuwe hartklep geen bewaarvloeistof meer nodig heeft, kan de chirurg ze sneller en vlotter inbrengen. Ook nieuw is dat de nieuwe klep een flexibel en uitzetbaar randje heeft, waardoor een eventuele vervanging op latere leeftijd makkelijker met een katheter via de lies kan.

Prof. dr. Bart Meuris, hartchirurg in UZ Leuven: “Vroeger lag de leeftijdsgrens voor een biologische hartklep tussen 70 en 60 jaar. Het ziet ernaar uit dat we met dit nieuwe type ook vijftigers en jonge zestigers kunnen laten profiteren van de voordelen van een biologische hartklep, zonder dat ze op latere leeftijd moeten terugkeren voor een tweede hartklepvervanging.”


(bron: UZ Leuven)