Diversificatie en specialisatie bij AGC in Mol

Tussen mei en november produceert AGC in Mol geen glas. In een grote turnaround wordt de oven en de rest van de floatlijn, die gespecialiseerd is in dun en extra dun vlakglas, vervangen.

Trefwoorden: #AGC Mol, #glasproductie, #Glaverbel

Lees verder

Magazine

Download het artikel in

ENGINEERINGNET.BE - “We gaan voor een nog performantere lijn waarmee we in Europa uniek zullen zijn”, zegt site manager Ronny Van Broekhoven. De investering van 70 à 75 miljoen euro (drie keer meer dan wat een doorsnee ‘cold repair’ zou kosten) zal er de toekomst bepalen.

De AGC-site in Mol telt vier productieactiviteiten. De eerste is de floatlijn. De hoeveelheid glas en de snelheid waarmee het glaslint, drijvend over het vloeibaar tinbad, voortgetrokken wordt, bepaalt de dikte van het glas. Twee afdelingen bewerken er dit glas verder. Vertec versnijdt het glas en rodeert (slijpt) ook de randen.

Het glas kan er ook geëtst worden. Zuurbehandelingen bezorgen het glas anti-reflectie eigenschappen, maken het bovendien vetafstotend en laten het aanvoelen als papier,… Sinds kort kan er ook chemisch gehard worden. De coater-afdeling zet metaal- of metaaloxidelagen op het glas. In de automobielwereld kan dat ervoor zorgen dat de voorruit wel licht binnenlaat maar de warmte weert, bijvoorbeeld. Er kunnen ook antennes op de ruiten verwerkt worden.

De Afdeling AGC Kempenglas, tenslotte, construeert dubbele en triple beglazing voor de bouw. Dat glas wordt niet meer in Mol maar in andere AGC-fabrieken geproduceerd en hier wel nog geassembleerd. De specialisatie in dun glas is er jaren geleden al ingezet “omdat we niet concurrentieel kunnen zijn op klassiek glas. De voorbije vijf jaar is ook ingezet op nieuwe soorten glas.”

Mastodontinstallatie
Stijn Van Braband, floatmanager, verduidelijkt: “Elke dag wordt er zo’n 420 ton glas gesmolten.” Een 2 mm dikke ruit van één vierkante meter weegt zo’n 5 kg. Rekening houdend met het rendement, goed voor minimum 50.000 m²/dag netto output, dus. Een glasoven is een continu proces.

“Volume dat je verkocht moet krijgen. Alle dagen zijn gevuld maar we kunnen spelen met de volumes per segment.” Automotive rijdt weg met een heel belangrijk volume maar het businessplan van de toekomst focust ook op andere segmenten met glas “waarvoor je enkel in Mol terecht kunt, zowel binnen als buiten de groep.” Differentiatie is hier de wissel op de toekomst.

De ovenstructuur blijft behouden maar wordt energie-efficiënter. De verbrandingstechnologie (tot nu toe aardgas en zware stookolie) schuift volledig naar aardgas om de emissies naar beneden te halen. Het gas wordt onder hoge druk boven het gemeng of gesmolten glas ingespoten. Het ijzergehalte in het glas speelt een belangrijke rol in de warmteabsorptie.

De temperatuur in de glasoven, die meer dan 1.000 ton glas bevat, bedraagt zo’n 1.500°C en wordt met thermokoppels gestuurd. Beweging in het vat is belangrijk. Vroeger werden tracers in het glasbad gegooid om die op te meten. Vandaag wordt eerder gewerkt met digitale simulaties. Het glas is transparant voor infrarood waarmee de installatie dan ook gecontroleerd wordt.
Er wordt gewerkt volgens het ‘cold end’ concept. Aan het einde van de lijn (het glaslint meet 150 m) is het glas afgekoeld en worden online, terwijl het glas voortbeweegt aan 15 m per minuut, de eindmaten voor de klant gesneden, verpakt en klaargemaakt voor verzending.

Het glaslint is 150 m lang. Aan het eind van de lijn is het glas afgekoeld. Terwijl het glas voortbeweegt aan 15 m per minuut worden de eindmaten voor de klant gesneden. (Foto : AGC)

De snijpatronen zijn geoptimaliseerd. “Dank zij onze verticale integratie kunnen we hier ook de volgende bewerkingen doen. Na snijden, ook etsen, coaten en harden. In de toekomst zetten we nog verdere stappen. Vandaag snijden we alles recht. Met een lasersnijder kunnen we shapes afleveren. Dat vergt een extra integratie.”

Ongekende toepassingen
“De helft van de producten die binnen 10 jaar gemeengoed zijn, bestaat vandaag nog niet”, stelt Van Broekhoven. AGC’s businessplan tot 2030 omvat veel touchscreentoepassingen, beeldschermen voor treinen en treinstations, gepersonaliseerde borden voor luchthavens, zelfdimmende achteruitkijkspiegels, eenmalig plooibaar of ‘cold bending’ glas voor interieurs van auto’s,…

“We maken en behandelen dun glas en sturen het dan naar een andere AGC-vestiging, meestal in Azië, voor allerlei elektronicatoepassingen.”

Bepaalde glassamenstellingen krijgen een ‘papiergevoel’ mee om verwerkt te worden tot enorme displays “waarop je je tien vingers kunt gebruiken om te interageren.” ‘Time of flight’-systemen, die diepte meten op basis van de reflectietijd van het licht, vergen een speciale glassamenstelling die het licht doorheen het glas geleidt.

Toepassing: zelfrijdende wagens. Zo’n bijzondere samenstellingen patenteerde AGC in Mol. Aircosystemen slurpen vandaag nog een kwart van de batterij van elektrische wagens op. “In de toekomst zullen elektrische wagens een volledig pakket gecoat glas hebben uit Mol om de warmte uit de wagen te houden zodat de batterij kilometers verzet en niet het klimaat.” Belangrijk: “Als de autoindustrie beslist om de spanning van 12V naar 48V te trekken, zijn de mogelijkheden enorm.”

De futuredenkers van AGC Mol werken samen met de AGC-vestiging in Gosselies waar 250 mensen aan O&O doen. In Japan heeft AGC nog een kleine duizend R&D-mensen. “De voorbije 10 jaar groeiden we in Mol van 460 naar vandaag 550 mensen. Persoonlijk zie ik dat aantal verder groeien”, aldus Van Broekhoven die in de fabriek zoveel mogelijk waarde aan het glas wil toevoegen.


Door Luc De Smet