Drie industriële partners willen samen Waalse CO2-uitstoot verminderen

Carmeuse, ENGIE en John Cockerill hebben een samenwerkingsakkoord getekend voor de ontwikkeling van een innovatief Carbon Capture and Utilisation (‘CCU’) project in Wallonië.

Trefwoorden: #Carbon Capture and Utilisation, #Carmeuse, #CO2-uitstoot, #ENGIE, #John Cockerill

Lees verder

Techniek

( Foto: ENGIE )

ENGINEERINGNET.BE - Het project heeft als doel de reductie van koolstofdioxideemissies door de CO2 die tijdens het kalkproductieproces vrijkomt, te gebruiken voor e-methaan (methanatie).

Het project is een uniek geïntegreerd proces dat reeds beschikbare en prototype technologieën, zoals een nieuw type kalkoven, een van 's werelds grootste elektrolyse eenheden (75 MW) en groene waterstof, combineert en opschaalt naar industriële schaal.

Het geproduceerde e-methaan zal van hoge kwaliteit zijn en geschikt voor injectie in het nationale aardgasnet. Dit hernieuwbare e-methaan kan worden gebruikt door industriële gebruikers of als alternatieve brandstof in de transportsector, en op deze manier deze sectoren koolstofarm maken.

Om dit te bereiken hebben drie grote industriële spelers hun krachten gebundeld om het project verder te ontwikkelen:

  • Carmeuse zal verantwoordelijk zijn voor de bouw, de ingebruikname en de exploitatie van een nieuw type kalkoven, die een geconcentreerde CO2-stroom mogelijk maakt.
  • John Cockerill zal verantwoordelijk zijn voor het ontwerp, de engineering en de inbedrijfstelling van een grote elektrolyse-installatie (75 MW) op een site van ENGIE in de regio van Charleroi, waarbij alle belangrijke elementen door John Cockerill worden gefabriceerd.
  • ENGIE zal verantwoordelijk zijn voor de bouw en exploitatie van de elektrolyse-eenheid die groene waterstof zal produceren, en via zijn filiaal Storengy ook voor de bouw en de exploitatie van het methanatieproces.

De uitvoering van dit project zou kunnen leiden tot het vermijden van meer dan 900.000 ton CO2-uitstoot gedurende de eerste 10 jaar. Bovendien zou het toekomstige projecten op grotere schaal in de kalksector en replicatie in andere CO2-intensieve industriële sectoren mogelijk kunnen maken.

Het zou van Wallonië en België een wereldleider kunnen maken op het gebied van op CCU-gebaseerde technologieën voor hernieuwbare energiedragers.


ACHTERGROND
De totale investeringskost voor het project bedraagt meer dan 150 miljoen euro. Er is een financieringsaanvraag ingediend in het kader van het EU Innovatiefonds en het IPCEI (Important Project of Common European Interest) en mits een succesvol resultaat zou de uitvoering van het project in 2022 van start gaan om in 2025 operationeel te zijn.