SCK•CEN stuurt landbouw-experiment de ruimte in

Er zijn ambitieuze plannen om een maandorp te bouwen, als springplank naar planeet Mars. Een van de grootste uitdagingen om daarin te slagen, is een autonome voedsel- en watervoorziening.

Trefwoorden: #experiment, #landbouw, #maan, #maandorp, #Mars, #ruimte, #SCK•CEN, #SPACEX-18, #voedsel

Lees verder

research

( Foto: SCK•CEN )

ENGINEERINGNET.BE - Op 24 juli 2019, ongeveer 50 jaar na de eerste maanlanding, vertrok de raket SPACEX-18 vanuit het Kennedy Space Center in Florida richting het International Space Station (ISS).

Aan boord: basaltgesteente en enkele bacteriën. “Met dit vluchtexperiment onderzoeken we of we ‘lokale’ gesteenten, zoals maangesteenten, kunnen gebruiken om biologisch leven in de ruimte mogelijk te maken”, aldus Natalie Leys, microbioloog bij het SCK•CEN.

“Hechten bacteriën zich aan dit type maangesteente en groeien ze? Kunnen ze – onder invloed van microzwaartekracht en ruimtestraling – noodzakelijke voedingsstoffen uit het maangesteente vrijzetten en het gesteente in een latere fase omvormen tot meer ‘vruchtbare’ grond?”, oppert projectleider Rob Van Houdt (SCK•CEN).

"Die nutriënten kunnen we dan als grondstoffen voor voedselproductie – landbouw in de ruimte – inzetten." Het experiment zal zich, gedurende drie weken, in ISS in een baan rond de aarde bewegen en verloopt in samenwerking met UK Centre for Astrobiology, German Aerospace Center en Aarhus University.

In dit experiment maken de partners gebruik van basalt als gesteente, waarop ze drie bacteriën loslaten. “Basalt is een vulkanisch gesteente op aarde, dat we ook op de maan terugvinden”, aldus Van Houdt.

“Wij bestuderen de bacterie Cupriavidus metallidurans. Die sterke bodembacterie overleeft in water met heel weinig nutriënten, is bestand tegen toxische elementen in de bodem en heeft al bewezen dat het in de ruimte goed groeit. Onze partners nemen twee andere bacteriën onder de loep.”

De resultaten van dat onderzoek leiden tot een beter inzicht in biomining. “We krijgen zicht op de mogelijkheden om – door planetaire oppervlakken te ontginnen - nutriënten te verkrijgen. Inzicht daarin geeft ons de kans om die processen te verbeteren en uiteindelijk ons minder afhankelijk van waardevolle, aardse grondstoffen te maken”, besluit Leys.