ENGINEERINGNET.BE - Kanker wordt nu nog behandeld via radiotherapie, chirurgie en chemotherapie, die alleen of in combinatie worden gebruikt. Doelgerichte therapie en immunotherapie zijn twee nieuwere behandelopties.
Prof. Mark De Ridder, diensthoofd Radiotherapie UZ Brussel: "Tegenwoordig kan radiotherapie de stralingsdosis precies afstemmen op het doelwit en daarbij de aangrenzende normale weefsels zoveel mogelijk ontzien om de toxiciteit te beperken."
"De bestraling gebeurt zeer nauwkeurig op basis van anatomische en klinische informatie, maar kan op dit moment nog niet op basis van biologische informatie plaatsvinden, zoals de micro-omgeving, de expressie van bepaalde genen of metabolisme van de tumor.”
Een eerste stap in het onderzoek was te achterhalen welke aspecten bijdroegen aan resistentie tegen radiotherapie bij patiënten met hoofd-, hals-, baarmoederhals- en borstkanker. Genetische gegevens van deze patiënten werden uit een internationale database gehaald en specifieke genetische handtekeningen werden in verband gebracht met de overleving van de patiënten.
VUB-onderzoeker Sven De Mey: “Hoewel de gegevens over de drie kankertypes niet identiek waren, vonden we dat biologische processen gelinkt aan radiobiologie, metabolisme en groei van de cellen geassocieerd waren met de overleving van de patiënten die radiotherapie kregen.”
De Ridder: “De meeste tumoren vertonen een gebrek aan zuurstof omdat ze te snel groeien voor hun bloedvoorziening. Dit zuurstofgebrek is de belangrijkste oorzaak voor het falen van radiotherapie. Het doctoraatsonderzoek van Sven de Mey pakt dit probleem aan.”
Hiervoor focuste hij op twee essentiële processen van de energiestofwisseling. Deze processen werden beïnvloed door middel van drie verschillende chemische stoffen, te weten dichloroacetaat, metformine en fenformine, die al in de kliniek gebruikt zijn, onder meer voor behandeling van diabetes.
De Mey: “We hebben zo aangetoond dat er meerdere mogelijkheden bestaan om tumoren gevoeliger te maken voor radiotherapie. Het beïnvloeden van de stofwisseling van de cellen om het effect van radiotherapie te verhogen is een krachtige strategie."