ENGINEERINGNET.BE - In Vlaanderen streven we tegen 2020 naar 2,156 MTep hernieuwbare energie in ons systeem (of bijna 20% van de elektriciteitsproductie door hernieuwbare bronnen).
De transitie stopt echter niet in 2020. Ook na 2020 moet verder gewerkt worden aan een elektriciteitsbevoorrading die duurzaam en in balans is.
De situatie in de energiesector is op dit moment echter allesbehalve optimaal. Biomassa kan momenteel op weinig bijval rekenen, windenergieprojecten raken moeilijk vergund en de gascentrales kampen met een gebrek aan rentabiliteit.
Terzelfdertijd heeft het systeem meer behoefte aan flexibiliteit. Een oplossing voor deze uitdagingen moet duurzaam en betaalbaar zijn en tevens de bevoorradingszekerheid waarborgen.
Gascentrales, hernieuwbare energie waaronder wind, zon en biomassa, vraagsturing en opslag hebben allemaal hierin een rol te spelen.
Er is een belangrijke rol weggelegd voor de verdere uitbouw van wind en zonne-energie om de klimaat- en hernieuwbare energiedoelstellingen te realiseren. De overheid, met de hulp van private investeerders, zal alles in het werk moeten stellen om de verdere uitbouw van wind en zonne-energie te helpen verwezenlijken.
Met het oog op de kernuitstap vanaf 2022-2025, bevoorradingszekerheid en de toegenomen nood aan flexibiliteit in het systeem moeten we een oplossing vinden voor de rentabiliteitsproblemen van de gascentrales.
Dit is veruit de meest kostenefficiënte oplossing voor de transitie. De Elia adequacy studie bevestigt de nood op lange termijn aan (nieuwe) flexibele productiecapaciteit.
Biomassacentrales kunnen naast aardgascentrales als stuurbare eenheden een geschikte aanvulling zijn op variabele hernieuwbare energie zoals wind en zon. In dat geval moet de gebruikte grondstof uiteraard duurzaam zijn.
FEBEG staat dan ook volledig achter het invoeren van strikte en algemeen aanvaarde duurzaamheidscriteria (teelt, verwerking, transport) voor de gebruikte biomassa.
Bij de keuze van de technologieën in de elektriciteitsmix moet rekening gehouden worden met de milieukwaliteit (emissies, immissies, hinder, …) om de maatschappelijke aanvaardbaarheid van de keuze te waarborgen.
Indien de biomassaproductie vermindert of verdwijnt, zal deze capaciteit vervangen moeten worden door andere hernieuwbare productie-eenheden om de klimaat en hernieuwbare energiedoelstellingen (tijdig) te halen.
De uitdagingen op het vlak van klimaatbeleid en bevoorradingszekerheid zijn van dien aard dat we geen enkele technologie op voorhand mogen uitsluiten. FEBEG pleit voor het ontwikkelen van een systeemvisie, op basis van de economische en milieuverdiensten van elke technologie, zonder hokjes en grenzen.
Investeerders in de energiesector hebben bovendien een lange termijn horizon nodig om beslissingen te kunnen nemen. Een stabiele omgeving en een duidelijke beleidsvisie zijn meer dan ooit nodig.