Collectief afvalwater zuiveren: afvalwaterstromen moeten matchen

De Belgische producent van aardappelproducten Agristo maakt gebruik van een gezamenlijke afvalwaterzuiverings­installatie (AWZI) op het terrein van FUJIFILM in het Nederlandse Tilburg.

Trefwoorden: #afvalwater, #afvalwaterzuivering, #Agristo, #AWZI, #maintenance, #onderhoud

Lees verder

maint_art

Download het artikel in

ENGINEERINGNET - New Water Business (NWB) tekende voor het realiseren van deze collectieve AWZI die de kosten van het zuiveren van afvalwater voor de vier bedrijven (Coca-Cola European Partners, FUJIFILM, International Flavors and Fragrances Nederland en Agristo) aanzienlijk drukt.

Het betreft één van de grootste Europese, grootschalige, gezamenlijke installaties voor industriële waterzuivering gebaseerd op membraantechnologie. Vier in de regio Tilburg gevestigde bedrijven bundelen er hun afvalwaterstromen.

In ons land is er nog geen dergelijke installatie operationeel. De afvalwaterzuiveringsinstallatie verwerkt ongeveer 10.000.000 liter per dag ofwel ruim 3.500.000.000 liter afvalwater per jaar. Door de krachten te bundelen ontstaat er een win-win voor alle betrokkenen.

De AWZI zorgt voor een betere waterkwaliteit en -kwantiteit. De rioolwaterzuivering van Water-schap De Dommel wordt minder belast waardoor er extra capaciteit voor de regio Tilburg vrijkomt. De gezamenlijke afvalwaterzuivering brengt veel voordelen met zich mee.

Het afvalwater wordt na zuivering als schoon water op het Wilhelminakanaal geloosd. Dit maakt het mogelijk te kijken naar hergebruik van dit water bij de vier bedrijven of naar een andere duurzame inzet in de regio Tilburg. Ook bestaat de mogelijkheid om het slib dat bij de zuivering vrijkomt, op te werken tot biogas.

Maintenance en 15-jarige exploitatie
Het realiseren van de AWZI, het aansluiten van de componenten en het in bedrijf stellen gebeurde in een samenwerkingsverband tussen ENGIE Services en AWT Watertreatment, gezamenlijk ver-enigd in NWB. “Hierbij neemt AWT Watertreatment het procesmatige luik van de installatie, zeg maar de membraantechnologie, voor zijn rekening, terwijl ENGIE Services instaat voor de hardwa-re, het equipment, maintenance en de 15-jarige exploitatie.

De installatie wordt via een SCADA-systeem door specialisten van ENGIE Services opgevolgd. Op de site zelf staan de operatoren van NWB en AWT, en de gespecialiseerde techniekers van ENGIE Ser-vices in voor de opvolging van de installatie, de staalnames en de analyses”, aldus Bart Kuijpers, Manager Exploitatie bij NWB.

Complementariteit van afvalwaterstromen
Voor Agristo waren er meerdere redenen om in het collectieve AWZI project te stappen. “Naast de verlaagde energiekost was ook het ontlast worden van het afvalwaterverwerkingsproces, dat los staat van onze corebusiness, een motiverende factor. De goede match van de afvalwaterstromen van de diverse bedrijven was evenwel de voornaamste trigger”, aldus Antoon Wallays, Director van Agristo.

“Essentieel voor de goede werking van de AWZI is de complementariteit tussen de verschillende afvalwaterstromen. Van de kant van FUJIFILM betreft het afvalwater met veel nitraat, dat gebruikt wordt om het chemisch zuurstofverbruik (CZV) in het afvalwater van de andere partners af te bre-ken. FUJIFILM en Agristo zijn de partners met de grootste afvalwaterstromen.

Op uurbasis bedragen de capaciteiten van beide partijen 50 tot 200m³. De totale capaciteit van de zuivering bedraagt maximaal circa 500m³/h. Driemaandelijks wordt de productieplanning gezamen-lijk afgestemd zodat de continuïteit van het biologische proces kan verzekerd worden.”

Dagelijks worden er volumemonsters van elk van de vier afvalwaterstromen genomen en geanaly-seerd op een aantal parameters zoals stikstof, fosfaat en CZV. Er wordt ook op pH gemeten omdat een te hoge zuurtegraad een mogelijke indicator is voor een verstoring van de toevoer van één van de afvalwaterstromen.

Hart van de installatie
De afvalwaterstromen komen samen in de influenttank (met een capaciteit van 2.000m³), waar ze een homogeen mengsel vormen. Van daaruit stroomt het gemengde afvalwater naar de bioreac-tor. Deze anaerobe tank, met een capaciteit van ongeveer 10.000m³, is het hart van de installatie.

Deze bioreactor is opgedeeld in beluchte (nitrificatie) en niet-beluchte (denitrificatie) zones. De overkapping moet geurhinder vermijden. Vanuit de bioreactor vloeit de afvalwaterstroom naar de biomembraanreactor, waar externe membranen de laatste fase in het zuiveringsproces vormen, en het slib van het schone water scheiden. De effluenttank is het finale stadium van waaruit het gezuiverde water op het Wilhelminakanaal wordt geloosd.

Redundant
De volledige installatie, die volgens het DBFMO principe (Design, Build, Finance, Maintain en Opera-te) geconcipieerd werd, is redundant ontworpen. Zo zijn er vier membraanstraten aanwezig, ter-wijl de volledige capaciteit tijdelijk met drie straten kan worden gerealiseerd. Wat onderdelen zoals pompen, compressoren, frequentieregelaars… betreft is de AWZI redundant uitgevoerd.

Zo zijn er bijvoorbeeld drie pompen ingebouwd, waarvan er twee operationeel zijn en de derde standby is. Er worden geen spare parts op stock gehouden. Vier zwarte kunststof buizen en één inox buis zorgen voor het transport van, respectievelijk, afvalwater en lucht. Belangrijk is dat de druk over de totale lengte van de buizen gelijkmatig verdeeld is. Dit wordt gemeten door middel van flowmeters die zeer regelmatig gekalibreerd worden.

Screw blowers
In het aan de bioreactor belendende gebouw genereren blowers de nodige lucht om het afvalwa-ter te beluchten. Om de installatie energetisch verder te optimaliseren werden de bestaande roots blowers recent vervangen door frequentiegestuurde screw blowers, omwille van de betere ener-getische prestaties.

Het onderhoud van deze blowers en andere componenten gebeurt door een aantal contractors, in opdracht van ENGIE Services. In hetzelfde gebouw bevindt zich ook een aantal opslagtanks met additieven zoals metaalzouten en glycerine. Indien een bepaalde afvalwaterstroom tijdelijk in een lager volume wordt aangevoerd, wordt één van deze chemicaliën aan het afvalwater in de bioreac-tor toegevoegd, om de continue werking van de installatie niet in het gedrang te brengen.

Levende materie
Het samenwerkingsverband, dat een aanvang nam in 2016 en loopt over een periode van 15 jaar, levert de producenten een mooie kostenbesparing op. “De opstart van een dergelijke AWZI is voor alle betrokkenen een leerproces geweest. We zijn letterlijk en figuurlijk met mekaar verbonden. Bovendien betreft het een vrij delicaat proces, waarbij er met bacteriën, een levende materie, wordt gewerkt”, aldus Wallays.

“Een grootschalige, gezamenlijke AWZI is sowieso interessanter dan een eigen zuiveringsinstallatie. Elke partner betaalt aan NWB Tilburg een heffing volgens het aantal KVE (kolonievormende een-heden) dat de verrichte metingen aangeven.

Voor onze Belgische productiesites moeten we telkens investeren in een eigen zuiveringsinstallatie en lozen op het oppervlaktewater, een minder kostenefficiënte oplossing. Op deze bestaande installatie en binnen de bestaande infrastructuur is er een reservecapaciteit van 30%, wat uitbrei-dingsmogelijkheden biedt voor de bestaande partners of eventuele aanhakers.”


Door Philip Declercq, Maintenance Magazine