2018 dubbel belangrijk voor Vlaams industrieel erfgoed

Onlangs startte in Vlaanderen het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed 2018. De Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie werkt mee aan de projecten van EFAITH.

Trefwoorden: #industrieel cultureel erfgoed, #Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie, #VVIA

Lees verder

Columns

ENGINEERINGNET.BE - Het wordt een belangrijk jaar, waarbij burgers en verenigingen door de Europese Commissie opgeroepen worden om zich in te zetten voor het behoud en de ontsluiting van het gemeenschappelijk cultureel erfgoed.

Het officiële startsein voor het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed 2018 (European Year of Cultural Heritage, EYCH2018) werd op 7 december j.l. door Europese Commissie in Milaan gegeven (zie daarover o.m. http://europa.eu/rapid/press-release_IP-17-5067_nl.htm).

Sedert midden vorig jaar werkt de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA) mee aan de projecten van EFAITH, de Europese Federatie van Verenigingen voor Industrieel en Technisch Erfgoed, om in alle landen het behoud en de ontsluiting van industrieel erfgoed op het voorplan te plaatsen.

E-FAITH is één van de stakeholders, een reeks van 35 Europese erfgoedplatformen, die het jaar begeleiden en de Europese Commissie adviseren bij de aanpak van dit speciale jaar. Binnen het stakeholders committee vertegenwoordigt Adriaan Linters, onze voorzitter, de sector industrieel en technisch erfgoed - zodat VVIA al vroeg op de bal kon spelen.

Voor het industrieel erfgoed is het inderdaad belangrijk om sterk op de kansen van dit Europese jaar in te spelen, omdat deze sector nog te zeer stiefmoederlijk behandeld wordt en belangrijke sites en objecten daardoor verloren gaan.

We verwijzen slechts naar het gevecht dat in Vlaanderen thans gevoerd wordt voor het behoud van de grote kolenwasserij in Beringen, die omwille van belang en uniciteit op 16 januari, bij het dagen van het Europees Jaar, opgenomen werd in de shortlist van de Europese lijst van meest bedreigde gebouwen, "The 7 Most Endangerd" (zie: http://www.industrieelerfgoed.be/content/kolenwasserij-beringen-most-endangered)

Het eerste industrieel gebouw dat in Vlaanderen als monument wettelijk beschermd werd, was de oude jeneverstokerij Stellingwerff-Theunissen in Hasselt. Dat gebeurde in 1975 na twee jaar harde strijd van lokale vrijwilligers en een actiegroep die tegen een enorme tegenstand moest opboksen. Toen waren de stedelijke overheid allerminst gelukkig, vandaag is het Nationaal Jenevermuseum hét pronkstuk en hét aantrekkingspunt van de stad.

Hetzelfde scenario speelde zich af bij de sluiting van de Limburgse mijnen, bij de oude scheepswerf in Baasrode, de stations van Antwerpen en Aalst, en op zoveel andere plekken. Als toen geen burgers de straat op getrokken waren, dan konden we ze nu niet meer bewonderen.

Het waren ook burgers, vrijwilligers, die zich inzetten voor de redding, het behoud en de restauratie van belangrijke sites als de laatste vlaszwingel-windmolen in Europa (Preetjes Molen in Heule), de kartonfabriek ‘Herisemmolen’ in Alsemberg, de brouwerij De Snoek in Alveringem, en de steenbakkerijen van de Rupelstreek - om maar enkele voorbeelden aan te halen.


(bron en logo: VVIA)