ENGINEERINGNET -- In het energierapport van BP wordt een jaarlijkse toename van de energievraag met 1,6% voorspeld. Die toename komt vooral op rekening van de opkomende markten, met name landen die geen lid zijn van de OESO. In de OESO-landen daarentegen zou in dezelfde periode het energieverbruik met slechts 4% stijgen.
BP verwacht dat in de wereldwijde energievoorziening in de periode tot 2030 de fossiele brandstoffen een prominente plaats (81%) zullen blijven innemen, al houdt het concern wel rekening met een terugval van deze energiebron met 6% in vergelijking met het huidige niveau.
De geleidelijke overgang naar hernieuwbare energie (bv. biobrandstoffen) overal ter wereld zal in een jaarlijks groeitempo van ruim 8% verlopen. Dat is aanzienlijk sneller dan de toename van het aardgasverbruik, die in de periode tot 2030 op ongeveer 2% per jaar wordt geraamd.
Meer dan de helft van de groei van de energieproductie in 2030 zal volgens het rapport worden gerealiseerd met duurzame energie, kernenergie en hydro-elektrische energie.
De wereldwijde vraag naar aardolie zal in 2030 zo’n 103 miljoen vaten per dag vertegenwoordigen. Dat is 18% meer dan in 2010. Een van de belangrijkste factoren die het verbruik van ruwe aardolie zullen temperen, is volgens analisten van BP de hoge kostprijs van deze koolwaterstoffen.
De wereldwijde CO2-uitstoot zal in 2030 waarschijnlijk ongeveer 28% hoger liggen, waardoor hij onder het huidige groeitempo van de energievraag blijft.
BP preciseert zelfzeker dat ‘als een agressiever beleid wordt gevoerd dan momenteel wordt vooropgesteld, de wereldwijde CO2-emissies in 2030 kunnen beginnen te dalen.’ (Bron: BP Energy Outlook 2030, Agoria)