• 07/05/2012

Duitse fraude brengt VCA-certificering in gevaar

Vorig jaar werden 1.500 Duitse VCA/SCC-certificaten ontdekt die vervalst dan wel valselijk waren opgemaakt.

Trefwoorden: #TÜV, #VCA-fraude

Lees verder

Magazine

Download het artikel in

De Stichting Samenwerken Voor Veiligheid (SSVV) in Nederland kon of wilde de certificaten niet ongeldig verklaren, maar plaatste een waarschuwing op zijn website. De hoofdredacties van Maintenance Magazine en zijn Nederlandse evenknie Maintenance in Processing vonden Managing Director Eugène Hillen van SSVV bereid tot een exclusief interview: “De TÜV speelt misschien niet altijd de rol die ze zouden moeten of kunnen spelen, maar waaraan dat ligt weet ik ook niet.”

Opmerkelijke vaststelling: de 1.500 Duitse SCC-certificaten die vervalst zijn dan wel valselijk zijn opgemaakt - en die ook 10 jaar geldig blijven - zijn door SSVV niet ongeldig verklaard. De in Den Haag gevestigde Stichting Samenwerken Voor Veiligheid beperkte zich tot het plaatsen van een waarschuwing op zijn website. Dat roept alvast vragen op, want logischerwijze zou je verwachten dat SSVV, als eigenaar van het systeem in Nederland, niet gelukkig is met deze gang van zaken en actie onderneemt om de veiligheid te waarborgen. Dat gebeurt dus niet.

Is er sprake van - al dan niet bewuste - laksheid? De vraag wordt nog prangender in de wetenschap dat er sinds 1 januari 2012 een intrinsieke gelijkwaardigheid is, nu de nieuwe SCC-certificaten uitgereikt worden op basis van gelijkwaardige examens in Duitsland en Nederland. Plaatse SSVV tenminste nog een waarschuwing op zijn site, aan Duitse zijde wordt niet thuis gegeven en is er helemaal géén actie ondernomen. Dat zet de geloofwaardigheid van het hele VCA/SCC-gebeuren op het spel.

Want, ook al worden er dan geen examens meer door Duitse certificatie-instellingen in Nederland afgenomen, dat betekent nog niet dat er geen medewerkers met SCC-certificaten uit die periode op bouwprojecten in Nederland of België aan de slag zijn. Ook bij het ongeval in Sluiskil bijvoorbeeld, waar twee doden vielen, ging het om mensen die beschikten over Duitse SCC-certificaten. Voor zover bekend ging het hier niet om valselijk opgemaakte certificaten, maar wel SCC-certificaten waarvan overigens ook SSVV stelt dat het bedrijfsleven ze beter niet kan aanvaarden, omdat de inhoud en uitvoering ervan niet (voldoende) geborgd zijn.

Eugène Hillen: “Zo goed als mogelijk is, ruimen we de rommel van het verleden op en gaan door met ons opbouwende werk ten behoeve van de veiligheid. Ook met Duitsland zijn goede afspraken gemaakt, die niet alleen mij, maar ook de voorzitter van de SSVV en het CCvD-VCA zeer hoopvol stemmen. We realiseren ons volledig onze verantwoordelijkheid ten opzichte van de maatschappij én aanvaarden die ook. Echter, wie zijn wij om te zeggen dat er vanaf nu geen valse (Duitse) diploma’s meer in omloop zijn. Wat wel waar is, is dat Duitsland vroeger een gebrekkige regelgeving had die, normaal gezien, nu moet zijn bijgewerkt. Indien gewenst kunnen wij of andere betrokkenen ook naar het DAkkS (Deutsche AkkreditierungsStelle) stappen en klacht neerleggen tegen bijvoorbeeld de TÜV of andere verantwoordelijken.

De TÜV speelt misschien niet altijd de rol die ze zouden moeten of kunnen spelen, maar waaraan dat ligt weet ik ook niet.”
Toch blijkt SSVV al stappen ondernomen te hebben om aan de ‘Duitse route’ in het algemeen een eind te maken. Zo kunnen bijvoorbeeld sinds 2012 Duitse certificatie-instellingen in Nederland geen Duitse examens meer afnemen. Dat getuigt alvast niet van erg veel vertrouwen in het Duitse TUV? Eugène Hillen: “Wat Duitsland betreft berichtte de SSVV onlangs inderdaad dat het van mening is dat de Duitse persoonscertificaten Basisveiligheid VCA en VOL-VCA onvoldoende waarborgen bieden voor de veiligheid van medewerkers die werkzaam zijn in Nederland.

Grote risico’s worden in dat verband gelopen, aangezien de examinering in Duitsland ter zake van B-VCA en VOL-VCA zowel inhoudelijk als organisatorisch de vereiste kwaliteit ontbeert. Niet alleen is het examen zelf zeer beperkt, ook de examenstof betreffende de Duitse wet- en regelgeving is voor een groot deel anders dan de Nederlandse. Tevens is de goede gang van zaken tijdens de examens onvoldoende gewaarborgd doordat er geen sprake is van operationeel toezicht. Op basis van deze overwegingen is de SSVV van mening dat werknemers minder goed op de hoogte zijn van eventuele gevaren op de werkvloer, wat tot onwenselijke situaties zou kunnen leiden.

Gelukkig is hier vanaf 1 januari 2012 verandering in gekomen. Duitsland moet nog wel een inhaalbeweging maken, maar na overleg is men daar bereid om de examinering aan te passen naar de Nederlandse en Belgische normen. Echter zolang deze aanpassing niet volledig is doorgevoerd adviseren wij om operationele medewerkers, die in het bezit zijn van voornoemde Duitse persoonscertificaten, op de kortst mogelijke termijn, eventueel na een korte aanvullende opleiding, een examen te laten doen, georganiseerd door één van de erkende Nederlandse of Belgische exameninstellingen. En Duitse certificatie-instellingen kunnen in Nederland geen Duitse examens meer afnemen.”


door Hubert Lahaut, Maintenance Magazine

In België nagenoeg dezelfde structuur als in Nederland

De VCA-checklist had niet alleen in de Nederlandse (petro-)chemische sector succes. In Vlaanderen werd het systeem kort na de introductie overgenomen. Intussen is de Veiligheidschecklist Aannemers vertaald in het Frans (Liste de Controle de Sécurité Entreprises Contractants), Engels (Safety Checklist Contractors) en Duits (Sicherheids Certificat Contraktoren). Ondertussen is in België sinds 1998 een nagenoeg gelijkaardige structuur als in Nederland op punt gesteld, met een vzw-BeSaCC (BelgianSafetyCriteria for Contractors), een Uitvoerend Comité van Deskundigen (UCvD-VCA) en Belcert als accreditatie organisatie
Eugène Hillen: “De landelijke werkgroep ‘Contractor Veiligheid’ uit Nederland ligt aan de basis van het huidige certificatiesysteem. In 1989 werd in deze groep, met vooral vertegenwoordigers uit de petrochemische sector, het idee ontwikkeld om een uniform en objectief systeem op te stellen dat het mogelijk zou maken om het veiligheidsbeleid van de contractors objectief te toetsen. De samenwerking tussen de werkgroep en vertegenwoordigers uit de contractorwereld leidde tot het opstellen van een checklist. Deze werd door de industrie aanvaard als een uniform systeem. In 1994 werd het systeem in Nederland ondergebracht in de onafhankelijke ‘Stichting Samenwerken Voor Veiligheid’.”


Lees hier het volledige artikel zoals dat in Maintenance Magazine van maart 2012 verschenen is.