ENGINEERINGNET.BE - Europa heeft grote ambities op vlak van elektrisch rijden. Daarom moet in snel tempo een netwerk van laadlocaties uitgerold worden voor personenauto’s en vrachtwagens.
Voor de uitrol van laadpalen kijkt de overheid momenteel vooral naar private investeerders. De business case voor hen is op dit moment echter vaak nog onzeker vanwege onduidelijkheid over de kosten voor installatie en aansluiting op het stroomnetwerk.
Daarnaast is beschikbare marktdata vaak onzuiver en verandert de markt voor elektrisch rijden razendsnel. Dit leidt op dit moment tot vertraagde en verkeerde beslissingen. Zo heeft 15% van de huidige laadpunten voor ultrasnel laden in België een verbruik van minder dan 10MWh per jaar, wat onvoldoende rendabel is.
Retail Sonar is al veel jaren actief op vlak van locatiebeslissingen voor retailers en dienstverleners, en zet vandaag sterk in op elektrische laadpalen. Met het EFRO-project EV-Sonar wil RetailSonar de behoefte aan laadpalen nauwkeurig in kaart brengen.
Door het huidige en toekomstige aanbod aan laadlocaties te evalueren, kunnen geavanceerde modellen uitgewerkt worden om de resultaten van investeringen te voorspellen. Dit initiatief omvat verschillende typen laders voor auto’s en vrachtwagens.
Al deze data en AI worden gebundeld in het innovatieve platform ChargePlanner. Dankzij deze nauwkeurige modellen kan in een latere fase van het project het ideale netwerk voor de toekomst berekend worden, op vlak van toegankelijkheid en efficiëntie.
Door nauwkeurige gegevens en voorspellingen te leveren, kunnen besluitvormingsprocessen van investeerders versneld worden. Ook zijn overheden zo beter in staat om goed geïnformeerde aanbestedingen uit te schrijven, en elektriciteitsnetwerkbeheerders en beleidsmakers een duidelijk beeld te geven van optimale toekomstscenario's. Dit zal strategische investeringsplannen stimuleren en het ecosysteem van elektrische mobiliteit robuuster maken.
Dit project, dat twee jaar duurt, omvat een voortdurende dialoog met belanghebbenden door middel van regelmatige feedbacksessies, om ervoor te zorgen dat bevindingen relevant en bruikbaar blijven.
Het wordt medegefinancierd door de EU en VLAIO, met een Europese subsidie van ruim 315.000 euro en een Vlaamse FIO-cofinanciering van circa 79.000 euro.
