• 13/03/2013

Warme oproep aan technologiebedrijven

Benut méér overheidssteun voor uw toegepast onderzoek & prototyping.

Trefwoorden: #eureka-formule, #Eureka-initiatief, #onderzoek, #overheidssteun, #prototyping

Lees verder

Columns

ENGINEERINGNET.BE -- Veel Belgische bedrijven laten nog kansen liggen om met de financiële steun van de overheid te innoveren. Ze maken ook te weinig gebruik van de hulp die partners en onderzoekscentra bieden bij het vernieuwen van producten, processen en systemen.

De meeste bedrijven staan nog vrij huiverig tegenover samenwerking op onderzoeksgebied. Industrieel basisonderzoek en prototypeontwikkeling samen met andere ondernemingen en/of onderzoekscentra, kan echter een belangrijk bijkomend concurrentievoordeel opleveren.

Zeker als dit in een internationale context gebeurt en men de beste partners op Europees vlak in een innovatieproject kan samenbrengen. De overheid subsidieert zulke initiatieven onder meer in het kader van Eureka.

Het Eureka-initiatief
Eureka is een netwerk dat internationale samenwerking bij toegepast onderzoek en ontwikkeling tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en onderzoekscentra tracht te bevorderen.

Dit innovatienetwerk heeft tot doel de competitiviteit, productiviteit en duurzaamheid van de Europese industrie te verhogen.

Door het over de landsgrenzen heen samenbrengen van de daartoe vereiste competenties wil Eureka de vernieuwing van producten en productieprocessen in zowel kmo’s als grote bedrijven stimuleren.

Het Eureka-initiatief kan een stimulans zijn om de innovatie-inspanningen van uw onderneming op een internationaal niveau te brengen. De overheid voorziet immers in aantrekkelijke financieringsmogelijkheden voor Eureka-projecten.

In Vlaanderen
Vlaamse deelnemers aan Eureka-projecten genieten bij het IWT (Vlaams Instituut voor de bevordering van het Wetenschappelijk-Technologisch onderzoek in de industrie) een steunpercentage dat 10% hoger ligt dan de percentages die gelden voor volledig Vlaamse O&O-projecten.

Het steunpercentage voor de aanvaarde kosten van een Vlaamse onderneming in Eureka loopt voor kleine ondernemingen op tot 70% voor het projectonderdeel met industrieel basisonderzoek en 45% voor de ontwikkeling van prototypes.

Voor middelgrote bedrijven wordt dit 60% voor het basisonderzoek en 35% voor prototype-ontwikkeling. Voor grote ondernemingen zijn deze steunpercentages respectievelijk 50% en 25%.

In Wallonië
In Wallonië subsidieert de DGTRE (Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie) het industrieel onderzoek van Waalse kleine ondernemingen voor 80% van de aanvaarde uitgaven en de experimentele ontwikkeling voor 60%.

Voor middelgrote ondernemingen gelden percentages van respectievelijk 70% en 50%. Voor grote ondernemingen worden beide percentages 40%.

De DGTRE stelt ook terugvorderbare voorschotten ter beschikking voor experimentele ontwikkeling die voor kleine ondernemingen 75% van de aanvaarde uitgaven kunnen bereiken, 65% voor middelgrote ondernemingen en 55% voor grote ondernemingen.

In Brussel
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verleent Innoviris (het vroegere IWOIB / IRSIB, het Instituut ter Bevordering van het Wetenschappelijk onderzoek en de Innovatie van Brussel) financiële steun voor industrieel of toegepast onderzoek die maximaal 80 procent van de aanvaarde uitgaven kan bedragen voor kleine ondernemingen, 75% voor middelgrote ondernemingen en 65% voor andere ondernemingen.

Voor experimentele ontwikkeling bedragen deze steunpercentages respectievelijk 60%, 50% en 40%.

De Eureka-formule
Eureka-projecten gaan uit van de deelnemende bedrijven zelf ('bottom-up'), hebben een internationaal karakter en zijn marktgericht. De onderzoeksonderwerpen worden dus niet opgelegd en er moeten minstens twee landen bij betrokken zijn.

Bovendien gaat het om toegepast onderzoek dat industrieel georiënteerd is. De procedure voor het toekennen van het Eureka-label is vrij eenvoudig en het invullen van het aanvraagformulier vergt slechts een beperkte inspanning. De aanvraagprocedure is volledig gratis.

Voor meer informatie over Eureka en het opsporen van buitenlandse partners: Hubert Van Belle, tel. 050 35 74 39, e-mail: hubert.vanbelle@skynet.be

Merk op dat kmo’s in verschillende gewesten nog een bijkomende toelage kunnen verkrijgen voor haalbaarheidsstudies, verkennend onderzoek, de voorbereiding van het Eureka-project en de uitbesteding bij universiteiten of onderzoekscentra.