ENGINEERINGNET – Bouwers van 3D-printers willen de technologie tot bij de consument brengen. Een revolutie ontketenen, zeg maar, waarbij de consument allerlei voorwerpen zelf gaat printen in de plaats van ze te kopen.
Dat is een nobel streven, maar de grote doorbraak blijft voorlopig nog toekomstmuziek. Er is namelijk één groot obstakel: om een voorwerp 3D te printen, hebben je een 3D-computermodel nodig en dat is materie die enkel CAD-ontwerpers beheersen. Je kunt wel iets laten inscannen in professionele centra, maar voor de doorsnee consument drijft dat het kostenplaatje veel te hoog op.
Precies om dat obstakel op te ruimen, lanceert Makerbot, een dochterbedrijf van Stratasys - één van de grootste spelers op de wereldmarkt - nu een 3D-scanner met een verkoopprijs van slechts 1.400 dollar.
De desktopscanner werkt met 2 lasers die een voorwerp aftasten. Het hele scanproces duurt zo'n 12 minuten, beweert het Amerikaanse bedrijf: 'en dat met een resolutie van 2mm'. Er zijn uiteraard beperkingen: het voorwerp mag niet groter zijn dan 20,3 centimeter en niet meer wegen dan 12 kilo.
Dat klinkt mooi, maar een resolutie van 2mm is alles behalve schitterend. Dat kan tot teleurstellingen leiden bij de technologisch verwende consument. Of zoals CEO Bre Pettis het zegt: 'Dit een product voor de early adopters die begeesterd zijn van 3D-printen'.
Maar een pluspunt is dat er geen ontwerp-, CAD- of 3D-modelleringkennis voor nodig is. Wel kun je eindfile nog nabewerken met bepaalde commercieel beschikbare CAD-programma's. En om te printen, heb je niet per sé een printer van het merk Makerbot nodig.
Maar desondanks: de trend is gezet, en andere grote spelers - zoals 3D Systems - zullen op termijn waarschijnlijk niet anders kunnen dan volgen. Zo groeien markten en technologieën nu eenmaal.
(Bert Belmans)
Video:
