Medicatie in zicht voor het gevaarlijke MERS-coronavirus?

Een Belgisch-Nederlands onderzoeksteam meldt dat vier bestaande medicijnen het MERS-coronavirus kunnen afremmen. Voor dit gevaarlijke virus bestaan tot op heden geen medicijnen of vaccins.

Trefwoorden: #MERS medicatie, #MERS virus, #SARS virus

Lees verder

Nieuws

( Foto: MERS virusdeeltjes onder de microscoop / Wikipedia )

ENGINEERINGNET – Het ‘Middle East Respiratory Syndrome-coronavirus’ (MERS-CoV) veroorzaakt ernstige en vaak dodelijke luchtweginfecties (30% van de patiënten overlijdt).

Het werd in 2012 voor het eerst ontdekt. In de twee jaar daarna werden ongeveer 200 nieuwe gevallen geregistreerd, maar in de afgelopen twee maanden nam dat aantal om nog onduidelijke redenen snel toe, tot meer dan 600.

De meeste MERS-besmettingen vinden plaats in het Midden-Oosten. Twee Nederlanders liepen het virus onlangs op tijdens een reis naar Saudi-Arabië. Zij worden streng geïsoleerd verpleegd.

Vier bestaande medicijnen blijken in staat om het MERS-coronavirus in celkweken te remmen. Onder leiding van de Leidse professor Eric Snijder en de Leuvense professor Johan Neyts testten de onderzoekers 348 medicijnen voor andere aandoeningen op hun werkzaamheid in cellen die geïnfecteerd zijn met het MERS-coronavirus.

De wetenschappers bepaalden bij welke dosis de medicijnen het virus remden, hoe sterk dat remmende effect was en hoeveel schade het medicijn toebracht aan de cellen zelf.

De vier stoffen met de meeste potentie waren het malariamedicijn Chloroquine, het antipsychoticum Chlorpromazine, het anti-diarreemiddel Loperamide en de hiv-remmer Lopinavir.

Deze vier medicijnen bleken het best in staat om bij relatief lage concentraties het MERS-virus te remmen, terwijl ze de cellen zelf geen of relatief weinig schade toebrachten. De vier medicijnen bleken ook werkzaam tegen het aan het MERS-virus verwante SARS-coronavirus en het humane coronavirus 229E.

Hoe de medicijnen in staat zijn om het MERS-virus in celkweken te remmen, is nog niet helemaal duidelijk. Ook is nog niet getest of de medicijnen in dieren of mensen hetzelfde virusremmende effect hebben en hoe hoog de dosis dan moet zijn om zo’n effect te bereiken. Daarvoor is verder onderzoek nodig.

Dat de onderzochte medicijnen al langer op de markt zijn, kan leiden tot een aanzienlijk snellere toepassing bij MERS-patiënten. “De ontwikkeling van een volledig nieuw geneesmiddel kan meer dan tien jaar in beslag nemen.

Voor een virus dat plots de kop opsteekt en mogelijk op korte termijn een bedreiging vormt voor de volksgezondheid moet het uiteraard sneller gaan. Het inzetten van bestaande geneesmiddelen kan dan een oplossing bieden”, licht professor Johan Neyts toe.

Hij hoopt dat een combinatie van de verschillende medicijnen de remmende werking kan versterken. “Waarschijnlijk is het zelfs niet eens nodig om het virus voor 100% te remmen.

Zelfs een onvolledige remming kan ervoor zorgen dat de infectie minder agressief verloopt, zodat het afweersysteem voldoende tijd krijgt om het virus zelf op te ruimen.

Daarnaast kan de behandeling ervoor zorgen dat een patiënt minder virus produceert en dus ook minder besmettelijk zal zijn voor zijn of haar omgeving.”