ENGINEERINGNET.NL - De huidige vertrekseinlichten op de perrons bestaan uit een wit licht. Het vertreklicht gaat branden als de trein mag vertrekken.
De hoofdconducteur kan pas als het vertreklicht gaat branden de vertrekprocedure opstarten. Door toenemende overige verlichting op en in de omgeving van de perrons en omdat het vetreklicht niet altijd op dezelfde plek op het perron hangt, is het vertreklicht niet in alle situaties duidelijk zichtbaar.
Als de hoofdconducteur het vertrekseinlicht niet goed waarneemt, kan een conducteur ten onrechte een vertrekbevel geven. De machinist, die seinbeelden opvolgt, kan hierdoor in verwarring worden gebracht.
Het knipperende vertrekseinlicht moet er voor zorgen dat de hoofdconducteur beter onderscheid kan maken tussen omgevingslicht en het vertrekseinlicht. De verwachting is dat de onterechte vertrekbevelen hierdoor dalen en daarmee het risico’s op een roodseinpassage verder afneemt.
Het gaat om een proef op 7 stations waar de lampen van vertreklichten worden vervangen door een knipperend licht. Eind van het jaar moet de proef zijn afgerond.
