Nabeschouwing Hannover Messe

Het was één groot technologiefeest. Meer dan 215.000 bezoekers namen bij 6.500 exposanten de pols en focusten op artificiële intelligentie, robotica, 5G, Industrie 4.0, energie-transitie, …

Trefwoorden: #Hannover Messe, #technologie, #vakbeurs

Lees verder

Magazine

( Foto: LDS )

Download het artikel in

ENGINEERINGNET.BE - Pmdtechnologies ag, een volle dochter van sensorenbouwer ifm, sleutelt aan lichtlooptijdsmeting of ‘time of flight’ (ToF) en pixeltechnologie. Het bedrijf heeft een eigen branding in het smartphonegebeuren en in automotive en werkt nauw samen o.a. met de Duitse chipproducent Infineon maar ook met lenzenontwerper Leica.

“We gebruiken het momentum van de consumentenmarkt dat gedreven wordt door de smartphonecycli. Dezelfde principes hanteren we voor industriële toepassingen”, zei Tobias Rothermel, senior technical key account manager. Pmd’s 3D-sensor, die in de rand van het toestel komt, meet in eerste instantie de scherptediepte. Die data hebben echter een directe impact op zaken als beeldopschonen, object- en gezichtsherkenning, augmented & virtual reality, gebarenherkenning, aandachtsmonitoring, ...

De 3D-sensor zendt een lichtgolf uit waarvan de faseverschuiving in elke pixel gemeten wordt wanneer hij terugkomt. “We halen nu een resolutie van 448 x 336, tussen hQVGA en VGA (640×480) dat we in 2020 willen halen.” Gekozen wordt voor afzonderlijke 2D- en 3D-sensoren, waarvan de data gekalibreerd en dan gefuseerd worden veeleer dan voor het versmelten van de 2D- en 3D-sensoren in één chip (sensorfusie).

De grote uitdaging blijkt echter scaling te zijn. “Smartphones worden steeds dunner en iedereen schreeuwt om full screen displays.” In een volgende generatie zou de lichtprojectie niet meer vanuit de rand maar via een ‘opening’ in het scherm gebeuren. In een daarop volgende stap zou de projectie van ‘achter’ de beeldpixels door gebeuren. Nog meer uitdagingen, dus. Dan moet de lichtgolf door meerdere lagen heen en terug, en het energieverbruik, nu een paar honderd milliwatt, moet steeds zo laag mogelijk.

“Lichtlooptijdsmeting of ‘time of flight’ (ToF) kent niet één killertoepassing maar vele”, aldus Tobias Rothermel bij pmdtechnologies.

Deze technologie kent niet één killertoepassing maar vele. Vandaag gaat het veelal om het biometrisch ontsluiten van toestellen. Met zo’n 3D-scanner zie je vandaag zelfs de aders onder je huid pompen en die zijn net als een vingerafdruk specifiek voor het individu. Deze technologie beïnvloedt ook alles dat met fotografie te maken heeft, gaming, gestures, zelflocalisatie, ... Denk aan het Scandi-communicatieplatform, Google’s Tango augmented reality tablet, ... Google lijkt daar nu zowat mee gestopt. Apple pakte ondertussen uit met zijn AI-kit. “Het vergt een ecosysteem en Apple heeft die wellicht.”

In deze ToF-wereld zijn een handvol grote spelers actief. Naast pmd zijn er Sony (die het Belgische Softkinetics overnam in 2015), Microsoft met zijn Project Kinect for Azure die de technologie in zijn Hololens wil inbouwen en nu ook Apple, die zijn TrueDepth Face ID gezichtsherkenning in een volgende iPhone zou willen vervangen door ToF-technologie. Die zou van STMicrolectronics komen. Begin maart kondigde het Belgische Melexis nog de MLX75027 aan, de eerste single-chip VGA ToF beeldsensor (640 x 480 pixel) voor automotive toepassingen.

Nederlandse geluidscamera
Het Eindhovense Sorama showde zijn CAM64, een grid van 16 cm bij 16 cm met daarop 64 microfoons en een videocamera, dat geluidsbronnen en -paden in beeld brengt. Noem het een hoog gevoelige geluidscamera. “We doen de meetklus, analyseren de beelden op ons portaal en maken aanbevelingen” om ongewenste trillingen of geluid te weren, bijvoorbeeld.

Het toestel wordt o.a. ingezet voor ‘sound design’: het ontwerpen van ‘stille’ producten. De camera visualiseert zowel grote als zeer kleine akoestische bronnen en geluidslekken (300 Hz-20 kHz): van pcb’s en consumentenelectronica, tot auto’s, pompen en motoren, HVAC-systemen, schakelkasten, gebouwen, ... Tegen de wand hing een beeldcamera die geluidsbronnen opspoort en volgt. “Je kan ‘the Listener’ in een videonetwerk hangen voor bewakingsopdrachten”, aldus Tom van Oort.

Maar het pakt ook uit met apparatuur die in de ‘slimme stad’ geluidspollutie opmeet en waarschuwt voor glasbreuk, alarmen, schoten, agressie ... De componenten kunnen ingebouwd worden in lantaarnpalen.

Russisch windscherm
Het Russische Dynamic Wind Fence pakte uit met zijn plan om windenergie te halen uit een windscherm dat is opgebouwd uit de beweging van rechtstaande/hangende wieken over een horizontale geleider, lineaire generator. Aan pilonen worden meerdere geleiderlijnen opgehangen, als een ‘vast’ kabelspoor.

Daarover zeilen wieken, die op en onder een platform hangen: het bewegende deel van de lineaire generator. Aan het eind van het scherm maken de wieken/zeilen een bocht, draaien ze opnieuw naar de wind en lopen ze achter de voorste rij door in de andere richting. Vergelijk het een beetje met het STX-systeem van Beckhoff of de APOCOStrak van B&R, ... maar dan heel groot en niet bedoeld om iets te transporteren maar om energie te oogsten.

Het Duitse Maximator schuift met zijn compressortechnologie o.a. naar waterstoftankstations waar het de operationele kosten naar beneden haalt, o.a. met zijn ASX (automatic seal exchange) die versleten drukafdichtingen automatisch vervangt.

Klassieke windparken hebben heel wat oppervlakte nodig om het ‘schaduweffect’ van turbines onderling op te heffen. “Ons systeem kent dat probleem niet”, zegden Alexander Schapin en Andrej Kowaljow op de DWF-stand. In de plaats van 30 turbines van elk 3 MW op een oppervlakte van 21,5 km², zet DWF een scherm van 2 km lang en 300 m breed inclusief veiligheidszone, met zeilen/wieken op vier niveaus, samen ook goed voor 100 MW. “De aerodynamiek van het systeem werd bevestigd door het Duitse Aerodyne.”

Alle componenten zijn modulair en uitwisselbaar. De wieken/zeilen kunnen automatisch onder een hoek gezet worden om meer of minder wind te vangen. Hier geen draaisnelheden en -krachten zoals bij klassieke windturbines. De wieken/zeilen bewegen zes keer minder snel dan bij windturbines. De lagere belasting vergt dan ook minder gesofisticeerde wieken. Ze zijn kleiner (kunnen op gewoon transport), veel lichter en goedkoper.

Tragere snelheden, geen of toch minder geluidsproductie en minder gevaar voor vogels ... waardoor het scherm ook dichter bij de verbruikers gezet kan worden. Bij veel wind kunnen meer wieken op het lineaire spoor gezet worden om de productie op te trekken.

Dat gebeurt in een atelier aan de rand van het scherm waar ook beschadigde zeilen/wieken off-line hersteld of vervangen kunnen worden. Het hele systeem hoeft niet stilgelegd te worden voor onderhoud of het vervangen van de zeilen. Via een wissel worden beschadigde zeilen van het spoor gehaald en, eenmaal hersteld, er weer opgezet. “We zoeken investeerders.”

Luikse waterstof
Ook in Luik worden fondsen gemobiliseerd. Vorig jaar lanceerde CMI Group het HayrPort-project dat de luchthaven van Luik zal uitrusten om groene waterstof te produceren, te verdelen en te gebruiken. Tegen eind 2020 komt er een elektrolyser die tot 300 kg per dag zal kunnen produceren, een opslag- en verdeelinstallatie.

De haalbaarheidsstudie zou zowat rond zijn. Eind oktober opende CMI in Seraing ook zijn MiRiS (Micro Réseau Intégré Seraing) pilootinstallatie voor de stockage van de groene energie van 6.500 zonnepanelen, goed voor 2 MW. Er worden vier batterijtypes getest: lithium-ion, twee types flow-accus en straks ook een NaS-batterij van het Japanse NGK.

Begin dit jaar tekende CMI Energy Storage trouwens een strategisch partnerakkoord met die producent om diens NaS natrium-zwavelaccu te kunnen integreren. Het Energy Management System (EMS) werd ontwikkeld samen met ULiège.

Het Oostenrijkse Fronius, al langer actief rond waterstof en brandstofcellen, presenteerde zijn SOLH2UB groene waterstofproductie/tankstation dat met 6 kW aan PV-panelen een PEM-elektrolyser voedt die dagelijks tot 3,35 kg waterstof kan produceren die bij 350 bar opgeslagen wordt in 24 druktanks van elk 50 liter.

Fraunhofer IFAM (Dresden) berichtte over zijn waterstofdrager Powerpaste. Deze pasta, die vooral bestaat uit magnesiumhydride, kan 1 kg waterstof bevatten voor elke 10 kg pasta. De waterstof komt vrij bij contact met water. Dat kan heel nauwkeurig gedoseerd gebeuren in een automatische generator. De reactie resulteert in magnesiumhydroxide en waterstof. Goed voor 1.600 Wh/kg energie met een energiedichtheid van 1.900 Wh/liter of 10 keer meer dan de capaciteit van lithiumbatterijen.

De volgende editie van de Hannover Messe loopt van 20 tot 24 April 2020 met Indonesië als gastland.


Door Luc De Smet

Bij de foto boven: Andrei Kowaljow bij het Russische Dynamic Wind Fence, dat een windscherm ontwierp dat elektriciteit opwekt via lineaire generatoren.