DNV-studie toont groot potentieel aan offshore waterstofinfrastructuur aan

De studie "Specification of a European Offshore Hydrogen Backbone", uitgevoerd in opdracht van de infrastructuurbeheerders Gascade en Fluxys, benadrukt de aanzienlijke voordelen van een offshore waterstof backbone in de Noord- en Oostzee.

Trefwoorden: #Fluxys, #infrastructuur, #offshore, #waterstof

Lees verder

Nieuws

( Foto: malp - 123RF )

ENGINEERINGNET.BE - De potentiële energieproductie uit offshore-windenergie in de Noord- en Oostzee is enorm en mogelijk groter dan wat het elektriciteitssysteem alleen aankan.

Uit de DNV-studie blijkt dat offshore waterstofproductie via pijpleidingen goedkoper is dan onshore waterstofproductie. De pijpleidingverbinding en de hoge belastingsfactoren maken de Noord- en Oostzee tot de goedkoopste bronnen van groene waterstof voor Noordwest-Europa.

Gascade-directeur Ulrich Benterbusch: "De EU verwacht dat de vraag naar klimaatneutrale waterstof tegen 2050 2.000 terawattuur (TWh) zal bedragen, en DNV ziet het potentieel om tegen 2050 300 TWh/a waterstof te produceren aan de hand van elektriciteit uit offshore windparken in de Noordzee."

Gezien de lagere kosten van waterstoftransport in vergelijking met elektriciteit en de mogelijkheid voor grote pijpleidingen om offshore waterstofproductie van verschillende windparken te verzamelen, is offshore waterstofproductie volgens het rapport een aantrekkelijke optie voor offshore windproductie, zeker op afstanden van meer dan 100 km van de kust.

Wat de vervoerinfrastructuur betreft, schetst de studie twee verschillende beelden op basis van de locatie:

  1. Voor de Noordzee voldoen een groot gebied en productiepotentieel aan het criterium van 100 km. Om de offshore geproduceerde waterstof aan land te brengen, zou een netwerk aan pijpleidingverbindingen - een Europese backbone - de productielocaties op zinvolle wijze kunnen verbinden met het bestaande pijpleidingennetwerk op het vasteland.
  2. De situatie is enigszins anders in de Oostzee, waar momenteel minder gebieden aan het 100 km-criterium voldoen. Als Zweden en Finland echter besluiten om op grote schaal waterstof te produceren en naar vraagcentra in Midden-Europa te vervoeren, zal een gecombineerde pijpleiding waarschijnlijk ook daar zinvol zijn.

Om deze waterstofvoorzieningsketen verder te optimaliseren, stelt de studie voor tot 30% van de geproduceerde waterstof op te slaan in zoutcavernes om de flexibiliteit van het systeem efficiënt te verhogen.