ENGINEERINGNET.BE - In 2019 splitste hij Sensorade uit dat kant-en-klare MEMS druksensoren vermarkt. Sinds 2020 huizen beide bedrijven op het industriepark Lambermont in Verviers.
De packaging van een chip beschermt de halfgeleider maar zorgt ook voor de connectie tussen de interne componenten, de geïntegreerde schakeling, en de printplaat. Aanvankelijk lag de focus van TaiPro op het concipiëren en het ontwerpen van chips. Ondertussen is die verschoven naar productie, zij het nog heel erg op bijzondere niches toegespitst: F1 racing, motorsport, farma en medische wereld, lucht- en ruimtevaart, defensie,…
Vier jaar geleden, toen TaiPro nog bij WSL was gevestigd, verpakte het jaarlijks zo’n 20.000 chips. Vandaag zijn dat er 40.000. “Onze producten staan nu dichter bij de markt dan vroeger. We positioneren ons op sneller toegankelijke markten, zoals radiofarmaca, met detectoren van stralen en analysemachines voor hospitalen, bijvoorbeeld. Qua productie schuiven we naar meer recurrente producten bij terugkerende klanten.”
Onderzoeker wordt consulent wordt entrepreneur
Al heel jong hield hij van techniek. Vooral ruimtevaart boeide hem. Na zijn studies elektro-mechanisch ingenieur met optie lucht- en ruimtevaart aan de Universiteit van Luik ging hij in 1995 aan de slag bij de Koninklijke Militaire School (KMS). Als onderzoeker berekende hij banen voor exotische lanceerders die in de vlucht zuurstof hapten om die als oxidant te hergebruiken.
“Die LOX-technologie trekt lanceervensters veel breder open dan de enkele minuten die je kan vliegen op meegevoerde brandstof.” Hij schreef software om de efficiëntste baan te calculeren. “Hoewel we ook supersonische scramjets evalueerden, hielden we het uiteindelijk bij ramjets of stuwstraalmotoren.”
In 1999 schoof hij als consulent bij GD Tech naar Techspace Aero, nu motorenbouwer Safran, waar hij meerdere ESA-projecten opvolgde. Onder andere het Future European Space Transportation Investigation Programme (FESTIP). Later leidde hij de productie van cryogene kleppen voor toekomstige raketmotoren.
Voor Vinci, de motor die oorspronkelijk bedoeld was voor de derde trap van Ariane V maar uiteindelijk zijn eerste vlucht maakte met de Ariane 6… in juli 2024. “Dat duurde me allemaal te lang. Teveel inertie”, meende de projectmanager die er na 7 jaar, de brui aan gaf en in 2005 terug naar de universiteit trok. “Ik werd voor zot verklaard om zo’n job los te laten. Dat vond ik helemaal niet.”
Aan de Universiteit van Luik kreeg hij immers de kans om een lab in microsystemen te starten: Microsys. Van bij de aanvang was het doel een commercieel bedrijf uit te spinnen. “In januari 2009 lanceerden we TaiPro Engineering.” Hij zette het bedrijf op met Fabrice Haudry. Samen hebben ze 51% van het kapitaal in handen, na een management buy out in 2017 van investeringspartner Meusinvest. De rest hebben l’Université de Liège (30%) en andere werknemers.
Nichewerk richting industrialisatie
“De idee was om elektronica anders te brengen”, zegt Saint-Mard. “Grote halfgeleiderproducenten gaan voor grote volumes. Nieuwe bedrijven kiezen voor nichewerk.” TaiPro zou chips ontwerpen en assembleren en bestaande componenten in de verpakking integreren. “Dat bezorgde ons een grote flexibiliteit en de mogelijkheid om te innoveren.” Aanvankelijk vond de startup 90% van de omzet in puur ontwerp en ontwikkeling. De rest in assemblage.
Omzet vond het in Vlaanderen, o.a. bij imec, maar ook in Frankrijk. “We zitten er in het netwerk van bedrijven als STMicroelectronics maar ook van het onderzoekscenter Minatec in Grenoble.” De Franse business begon pas echt te lopen nadat hij een Fransman aanwierf en er een kantoor opzette. Het laatste derde van de business vindt TaiPro in Duitsland. “We hebben Duitse klanten en zouden er wel fysiek willen aanwezig zijn. Frankrijk is een gesloten markt. Duitsland is dat nog meer. Om er van de grond te komen, moet je eerst Duitse toeleveranciers vinden…” TaiPro is nu ook actief in vijf Europese ‘Smart’-onderzoeksprojecten rond radio en hoogfrequentie.
“We doen niet enkel prototypes maar ook series, en dan wel zeer specifiek. Het substraat heeft niet zo’n belang. We kunnen bijvoorbeeld ook GaN-chips verpakken. Dat wordt al eens gevraagd maar niet regelmatig.” Mettertijd is geïnvesteerd in machines om meer productie te kunnen doen. “Dat dwingt ons tegelijk om meer klanten te vinden. Nu zetten we nog meer in op productie. Vandaag telt het bedrijf 12 mensen. In 2025 zullen we twee mensen extra aanwerven. En een nieuwe cleanroom bouwen. De huidige ISO 7 cleanroom meet 60 m2. De nieuwe wordt 30 à 40 m2 en ISO 5, zodat op twee à drie jaar de productie verdubbeld kan worden.” Van 40.000 naar 80.000 stuks per jaar. Richting industrialisatie, dus.
Dochter Sensorade
In 2019 startte TaiPro dochteronderneming Sensorade op, die focust op ultra-geminiaturiseerde druksensoren. “We hadden alle kennis in huis om zo’n druksensor te bouwen”, zegt Saint-Mard. TaiPro vond de weg naar F1 en ontwikkelde druksensoren voor die sport. “Plots beseften we verder te staan dan we dachten. We konden zomaar een product in de markt zetten zonder al te veel moeite.” De baan lag open. De enige andere leverancier ter wereld had octrooien op MEMS… “MEMS kopen wij in.
Er zijn voldoende producenten voor MEMS. Onze expertise ligt in het verpakken en het testen van de sensoren. Daarmee kunnen we heel snel naar de markt.” Sensorade kan leveren op weken in de plaats van maanden. Ondertussen is er wereldwijd een distributienetwerk uitgerold: VS, Frankrijk, Duitsland, UK, Indië, China, Korea,… Anders dan TaiPro, dat zich eerder toelegt op dienstverlening, doet Sensorade aan productverkoop. Het levert aan klanten die tests doen in windtunnels, voor F1 en moto’s, lucht- en ruimtevaart, aan producenten van rubberkogels,…
Elke markt is anders. Saint-Mard wijst er op dat men goed moet begrijpen wat de klant wil. “Klanten hebben in verschillende markten immers een ander idee van wat een druksensor precies is. Is het de naakte chip of moet het meer zijn? Vaak is het een kwestie van integratie. ‘Simple is beautiful’… maar dat betekent voor elke klant wat anders.”
Sensorade presenteerde op de TurboExpo-beurs in Londen dit jaar een paper. “We willen uitstralen dat we er zijn.” Omvang van de markt? Saint-Mard rekent op een honderdtal sensoren per land. “We denken op termijn 2.000 à 3.000 druksensoren per jaar te kunnen maken. Maar dat zal ons nog 3 à 4 jaar vergen.” Voor Sensorade is het opentrekken van de portfolio dé uitdaging.
“Dat zal sowieso de verkoop vergroten. We merken steevast dat de ‘gehele’ keten belangrijk is. Er ontbreekt altijd wel ergens een schakel. Die willen wij invullen.” Zo moeten sensoren soms gekalibreerd worden. “Wij willen tools bezorgen, elektronische kaarten die onmiddellijk de data van de sensor aanleveren. Kant en klaar.”
Niet echt onder prijsdruk
TaiPro is actief op veel verschillende klantenprojecten. Het werkte aan een fotodetector die gammastraling meet, bijvoorbeeld. “Onze focus is de specificatie van de klant. Bij ons is de prijs dan ook niet doorslaggevend. Op een opdracht kleven we een prijs waarvoor we die kunnen ontwikkelen.
Wat telt is de waarde voor de klant. We zitten niet echt onder prijsdruk. Er zijn zelfstandigen die ontwikkelingen in elektronica design doen. En er zijn ook ‘packaging houses’ die een concurrent kunnen zijn in Europa. Maar veelal doen ze toch iets heel anders en voor andere klanten.” Voor Sensorade is de marktwaarde wél bepalend.
Uitdagingen
TaiPro was steeds al winstgevend, merkt Saint-Mard fijntjes op. Dat betekent niet dat er geen uitdagingen zijn. Packaging van elektronica is nog steeds niet goed gekend in de wereld. Dat vergt ‘opvoeding’. “We moeten spreken met de mensen. Dat vergt enorm veel tijd. Valt het contact op het geschikte moment? Wil of zal de klant van leverancier veranderen?”
“We moeten ook investeren.” In de nieuwe cleanroom, bijvoorbeeld. TaiPro moet dus investeerders vinden? “Geld is één ding maar een partneriaat met de investeerder kan verder gaan en veel interessanter zijn.” De pandemie opende bij velen de ogen en maakte duidelijk dat sterke en lokale partners nodig zijn.
“We zijn echter goed ontwikkeld tijdens Covid. Hoewel niets écht makkelijk is in een bedrijf, was het niet zo moeilijk voor ons om voorraad op te bouwen. Met Covid was men blijkbaar langs alle kanten gemotiveerder. Proactiever… Met de juiste partner kunnen we nog sterker worden.”
Een andere uitdaging is het verder ontwikkelen van de business én de technologie. “We hebben steeds grotere series maar ook meer recurrente producten en klanten.” Naast assemblages zijn er voortdurend ook nieuwe producten nodig. Technologische niches zijn rendabel maar tegelijk ook fragiel. We moeten in staat zijn om ook technologische partnerships op te zetten.”
In 2020 werkte Saint-Mard bijvoorbeeld samen met het Franse Smart Equipment Technology (SET) dat machines bouwt om testen te doen op precisie-elektronica, flip-chip bonding en assemblagelijnen. In de cleanroom van TaiPro kwam een demomachine van SET waarmee TaiPro elektronische componenten met een precisie van 3 micrometer kon assembleren. “SET leende ons de uitrusting en wij deden demo’s voor potentiële klanten. Voor SET France deden we ook kleine volumeproducties. Zo haalden we beiden nieuwe business binnen.”
Participatief
De pandemie had ook andere effecten, aldus Saint-Mard die het een ‘opportuniteit tot reflectie’ noemt. Het deed mensen beseffen dat ze moeten doen wat ze graag doen, ook op het werk. In een lokaal achter het magazijn bevinden zich fitness-toestellen en een divan. Elke week geeft een trainer er een uur intensieve spieroefeningen maar medewerkers kunnen er in de week ook terecht.
“Doen wat goed is voor jezelf én de groep. Mensen die gedragen zijn door een project hebben een andere ingesteldheid. Participatief.” inds begin augustus mogen medewerkers in het bedrijf 10% van hun tijd besteden aan een eigen verbeterproject. “Alle voorstellen zijn welkom. Het is zelfs niet noodzakelijk een technologie- of ingenieursproject.” Er lopen vandaag twee projecten. Het ene stroomlijnt de verschillende versies van projecten van het bedrijf. Het tweede is een puur boekhoudproject.
Economisch innoveren
"Wat me wellicht in de cursus aan de universiteit ontbrak was hoe je een project beheert. En hoe je als ingenieur moet focussen op de vraag en niet op wat interessant is maar er precies naast ligt”, bedenkt Saint-Mard. Zet je als ingenieur tien uur meer op een project dan doe je dat gewoon. Als ondernemer is zoiets echter zeer moeilijk te beheren.
Hij weet dat ingenieurs tijdens hun studie nu meer projectwerk doen dan vroeger. “Maar het is niet evident om daarin reeds het economisch aspect mee te nemen. Wat kost het om net iets meer te doen? Volgens de ‘offerte’ werken vergt een aanhoudende inspanning. “Voor innoverende producten is dat proces nog niet echt goed gekend. Op een of andere manier -software?- moet dat makkelijker gemaakt worden. Misschien moet een ingenieur eerst zes maanden als zelfstandige aan de slag gaan om dat te begrijpen.”
“Wees klantgericht, met oog voor je eigen tevredenheid én dat van je omgeving, je klanten, je ploeg. Vergeet niet dat je toeleverancier soms even belangrijk is als je klant.” In een verdere toekomst wil Saint-Mard nog wel enkele filialen opzetten om niches te bedienen. “Waar precies, dat houden we nog even stil. Werken moet leuk zijn. De rest heeft niet zó'n belang.