ENGINEERINGNET.BE - De testmethode, VITOSENS, werd opgenomen in de evaluatie (fase 2) met als doel een Europese databank van allergene stoffen op te zetten.
Uit internationaal onderzoek blijkt dat het aantal allergische aandoeningen de jongste decennia fors is toegenomen. Nog vrij recent gebruiken de chemische en farmaceutische industrie dier-onvriendelijke methoden om uit te testen of een nieuw product dat ze op de markt willen brengen, mogelijk allergische huidreacties opwekt.
Zo’n onderzoek leverde dan wel veel informatie op over de allergene activiteit, maar het was vaak erg moeilijk om de testresultaten van dier naar mens te vertalen. Bovendien lag het gebruik van proefdieren internationaal onder vuur om ethische redenen.
Sinds maart 2009 is de 7de wijziging van de cosmeticarichtlijn (76/768/EEC) een feit. Deze wijziging dwong een Europees verbod af op het uitvoeren van dierproeven op cosmetische bestanddelen.
VITO heeft deze in-vitrotest ontwikkeld om na te gaan of een chemische stof allergische huidreacties opwekt. Het testsysteem is gebaseerd op gespecialiseerde cellen in de menselijke huid, die een belangrijke rol spelen in het al dan niet ontwikkelen van allergische reacties.
De cellen worden in vitro gekweekt, vertrekkend van stamcellen uit navelstrengbloed. De onderzoekers hebben uit de cellen een specifieke biomerker ontwikkeld, die aantoont of een stof een allergene werking heeft.
ACHTERGROND
Cosmetics Europe is de European Personal Care Association die 4.000 bedrijven vertegenwoordigt. en wil een databank ontwikkelen met deze benchmark-chemicaliën.
Het aantal chemicaliën, de toepassingsgebieden ervan en hun allergieopwekkend potentieel zijn in Fase 2 sterk uitgebreid. Cosmetica Europe wil een databank ontwikkelen met deze benchmark-chemicaliën.
