Download het artikel in 
ENGINEERINGNET.BE - Economen van Ing België berekenden de - weliswaar - theoretische kans dat uw functie geautomatiseerd wordt. Voor de technici of gelijkgestelden in ons land blijkt de gemiddelde kans 42% te bedragen, vergeleken met een overall gemiddelde van 49%. Voor machineoperatoren en assembleurs loopt dat zelfs op tot 69% !
«Volgens het huidige niveau van de technologische ontwikkeling is 49% van de banen in België vatbaar om op termijn geautomatiseerd te worden» Dat berekende Ing België, dat zich spiegelde aan de methodiek die de econoom C.B. Frey en de ingenieur M.A. Osborne in 2013 gebruikten voor een soortgelijke studie op basis van de Amerikaanse gegevens
Hun uitgangspunt was de analyse van wetenschappelijke en technologische vooruitgang in twee belangrijke domeinen: het leren van taken door machines ('machine learning') en mobiele robots. Daarop moest nog onderzocht worden in welke mate de verschillende beroepen door deze technologische evoluties beïnvloed zullen worden.
De Amerikaanse data geven een zeer gedetailleerde beschrijving (die men universeel veronderstelt) van het takenpakket van elk beroep.
Deze taken zijn in verschillende mate automatiseerbaar in functie van drie dimensies, namelijk het belang van (1) perceptie en manipulatie, (2) creativiteit en (3) het beheer van sociale contacten in de uitvoering van de taak.
De economen Anthony Baert en Philippe Ledent van Ing België deden dezelfde oefening voor 426 beroepscategorieën in België. Uit hun berekeningen blijkt dat 35% van de jobs een grote kans heeft (groter dan 70%) heeft om geautomatiseerd te worden.
Een gelijkaardig aandeel heeft echter een kleine kans. Daarbij zijn het de administratieve medewerkers (155.000 automatiseerbare jobs), verkoopsassistenten (133.000), huishoudhulpen (92 000), schoonmakers (65.000), en boekhoudkundig kaderpersoneel (58.000) die de grootste kans hebben geautomatiseerd te worden.
Ook technici en verwante beroepen ontsnappen de dans niet: ze zijn voor iets minder dan de helft automatiseerbaar: van de 641.673 technische jobs in België zijn er 272.144 of 42% vatbaar voor automatisering. Het gemiddelde over alle beroepsklasses bedraagt 49% (zie tabel).
Van de 299.331 machineoperatoren en 'assembleurs' zijn er 311.000 of 67% vatbaar. Dat staat in schril contrast met de intellectuele, wetenschappelijke en artistieke beroepen: zij maken gemiddeld slechts 14% kans, voorafgegaan door de de managers met 13%.
Nuancering
De twee auteurs nuanceren echter: «Deze resultaten bieden echter ook kansen voor de economie: de technologische vooruitgang laat immers toe arbeid vrij te maken om nieuwe taken uit te voeren en nieuwe activiteiten te ontwikkelen. Het is op deze manier dat een economie kan evolueren».
Uit het rapport: «Ten eerste gaat de automatiseringskans over de technologische mogelijkheid tot robotisering. Dat deze mogelijkheid bestaat, hoeft daarom nog niet te zeggen dat een beroep effectief geautomatiseerd zal worden. Dat laatste hangt af van andere factoren: de relatieve kost van arbeid versus kapitaal speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol in het al dan niet automatiseren van een beroep.
Ten tweede verwijst de automatiseringskans zoals berekend door Frey en Osborne niet in de eerste plaats naar de automatisering van beroepen op zich, maar naar de taken die op dit moment binnen die beroepen worden uitgevoerd. Hoewel automatisering er zeker toe zal leiden dat een reeks jobs of zelfs volledige beroepen zullen verdwijnen, is het ook zeer waarschijnlijk dat een deel van de beroepen mee zullen evolueren met de automatisering en dus zullen blijven bestaan.
Ten slotte kan de automatisering ook als een opportuniteit gezien worden. Dit is vooral het geval als men weet dat door de vergrijzing de actieve bevolking vanaf 2020 zal beginnen inkrimpen. De automatisering zou de gevolgen van een dergelijke evolutie kunnen compenseren door het tekort aan arbeidskrachten op te vangen».
«Toch geven deze cijfers een goed beeld van de uitdaging waarvoor onze samenleving zal komen te staan, vooral binnen een aantal sectoren waar de informatietechnologie op dit moment grote stappen vooruit zet. Het profiel van de risicojob is laag- of gemiddeld geschoold met een groot aandeel aan routinetaken, zoals administratie, verkoop, schoonmaak en onderhoud, en beveiliging. Leidinggevende, intellectuele, wetenschappelijke en artistieke beroepen, die dus een eerder hooggeschoold profiel hebben, lijken veel beter bestand tegen de huidige innovatiegolf».
«Technologische vooruitgang vergroot de productiviteit en ligt zo aan de grondslag van economische groei. Het zorgt echter ook voor een constante reorganisatie van de arbeid in de economie, omdat automatisering arbeid vrijmaakt die elders efficiënter kan worden ingezet. Vergeleken met een halve eeuw geleden telt België vandaag veel minder landbouwers, schoenenpoetsers en telefonisten en veel meer installateurs van zonnepanelen, consultants en smartphoneontwikkelaars».
«Automatisering maakt echter ook slachtoffers: zij wiens arbeid overbodig wordt gemaakt en die geen nieuwe betrekking kunnen vinden. De samenleving moet zich dus aan dergelijke verandering aanpassen, via de evolutie van het takenpakket van de bestaande beroepen, via de omscholing van de huidige werknemers en via de aanpassing van het onderwijs van de toekomstige generaties. Dit aanpassingsproces vergt echter tijd. Indien de technologie zich al te snel ontwikkelt, kan het wel degelijk zorgen voor ontwrichting, zoals de industriële revolutie in de negentiende eeuw heeft getoond».
«De grote uitdaging voor de overheid is dan ook niet de technologische evolutie af te remmen, maar onze economie voldoende flexibel te maken om de mogelijkheden van technologische vooruitgang in hogere welvaart om te zetten».
(foto's: Bosch, Schunk)
door Bert Belmans, Engineeringnet
Kadertekst:
Volgens Randstad
Belgische werknemers niet bezorgd over automatisering van hun job
Belgen maken zich niet veel zorgen over de toekomstige automatisering van hun job, meldt Randstad. Ze zijn wel zeer pessimistisch over de economische herleving.
Hoewel de werknemers op internationaal niveau eerder optimistisch zijn over de economische heropleving in hun respectieve landen, delen de Belgen deze mening niet. Slechts één Belgische werknemer op drie meent dat de economie bij ons zal heropleven. België zit in het peloton achteraan met Frankrijk, Luxemburg en Japan.
Dat staat dan weer in schril contract met bijvoorbeeld Brazilië en India. Daar rekent 93% op een heropleving. Internationaal deelt 58% deze verwachting, een stijging van 9% in vergelijking met vorig jaar. Een en ander blijkt uit onderzoek van Randstad.
Nog enkele opmerkelijke vaststellingen: wat hun salaris betreft, maken de Belgen zich geen illusies, minder dan één op drie verwacht een loonsverhoging. En op een bonus rekenen doet de Belg al evenmin: met 39% zitten de Belgen onder het globale gemiddelde van 50%. Zweden (27%), Denemarken (22%) en Griekenland (21%) zijn nog pessimistischer. In Mexico, China en India is het vertrouwen het grootst.
Wanneer het op de eventuele automatisering van zijn job aankomt, heeft de Belg dan weer meer vertrouwen. Slechts één Belgische werknemer op vijf vreest dat zijn functie in de loop van de volgende tien jaar geautomatiseerd zal worden. Een trend die contrasteert met de
70% in India en de 68% in China.
