Kunnen drones hulpdiensten levensbelangrijke informatie leveren?

De Vlaamse onderzoeksorganisatie VITO werkte samen met haar projectpartners en met Campus Vesta een scenario uit voor een grootschalige live demonstratie van het EU-project Airbeam.

Trefwoorden: #Airbeam, #drones, #Europees Project, #hulpdiensten, #Remotely Piloted Aircraft Systems, #RPAS, #UAV, #VITO

Lees verder

Nieuws

( Foto: VITO )

ENGINEERINGNET.BE - Afgelopen weekend werd tijdens een driedelige rampenoefening in de Provincie Antwerpen een antwoord gezocht op een aantal vragen.

  • Hoe goed zijn onbemande vliegtuigen en andere teledetectiesystemen in het maken van beelden?
  • hoe correct kunnen die data worden omgezet in informatie die nuttig is voor hulpdiensten bij de bestrijding van een grootschalige ramp?

Voor dit onderzoek werden vijf Remotely Piloted Aircraft Systems (RPAS, beter bekend als drones of UAV’s) ingezet, samen met een verankerde ballon en een vliegtuig.

Zij moesten in near real time vanop drie verschillende plaatsen in de provincie relevante informatie inzamelen en doorsturen naar beslissing-nemers van het hulpteam op het terrein.

De rampenoefening was bijzonder complex. Ze moest simultaan worden uitgevoerd vanop drie verschillende locaties.

  • Op de Kalmthoutse Heide was brand uitgebroken en moest een vermiste groep kinderen worden teruggevonden
  • Het Graspopfestival in Dessel en de brede omgeving van Retie waren getroffen door een zware storm
  • op Campus Vesta waren mensen vermist en zorgde een chemisch ongeval met een lekkende tankwagen voor een gevaar voor de volksgezondheid.

Brandbestrijding, chemische interventie, het opsporen van vermisten en inventarisatie van de schade (damage assessment) waren de belangrijkste doelstellingen van de oefening.

Daarvoor werden verschillende teledetectiesystemen ingezet: RPAS, ballonnen, een bemand vliegtuig en satellietbeelden. De grootste uitdaging van de oefening was om alle teledetectiesystemen efficiënt met elkaar te laten communiceren.

Belangrijk was dat niet alleen beeldmateriaal werd verzameld, maar dat die data ook werden omgezet in bruikbare informatie voor de OSOCC, het algemene coördinatiecentrum van waaruit de hele oefening werd aangestuurd.

Vanuit dit coördinatiecentrum, gevestigd in een tent op het terrein van Campus Vesta, werden op de drie plaatsen van de ramp ook de commandoposten (CpOps) voorzien van de nodige informatie.

Deze laatsten moesten uiteindelijk op hun beurt ook hun ploegen op het terrein inlichten. In Kalmthout gebeurde dit zelfs via tablets.

Behalve het uittesten van de hoogtechnologische systemen moesten dus ook de persoonlijke vaardigheden van de deelnemers en de groepscompetenties worden geoefend.