Pleidooi voor vijfploegenstelsel in België

In België is het vijfploegenstelsel nog lang niet ingeburgerd, terwijl Nederlandse werkgevers het al enkele decennia geleden hebben omarmd.

Trefwoorden: #CAO 104, #Déhora, #Luc Berlanger, #personeel, #personeelsplanning, #vijfploegenstelsel, #werkgever, #werknemer

Lees verder

maint_art

( Foto: 's Déhora, Hertel )

Download het artikel in

ENGINEERINGNET.BE - Vandaag is dit zelfs het meest voorkomende volcontinue ploegenstelsel bij onze noorderburen.

Dat stelt Déhora vast, een specialist in personeelsplanning en -management die zowel in ons land als in Nederland actief is: «Veel bedrijven zijn onvoldoende op de hoogte van de voor- en nadelen van andere ploegensystemen dan het klassieke vierploegenstelsel».

De uitdaging voor bedrijven bestaat erin om er één of meerdere te ontwikkelen op maat van het bedrijf en de medewerkers». Een thema dat ook maintenance managers en hun immer parate onderhoudsteams aanbelangt.

Nu de pensioenleeftijd is opgetrokken, is het voor organisaties een uitdaging om medewerkers langer vitaal en duurzaam aan de slag te houden. Sinds 1 januari 2013 is cao 104 van kracht.

Deze cao verplicht ondernemingen uit de privésector met meer dan 20 werknemers om een concreet plan uit te werken om de tewerkstelling van 45-plussers te behouden of te verhogen.

«Een 5-ploegenstelsel biedt 45-plussers een betere, ergonomisch verantwoorde, work-life balance dan de huidige 4-ploegenroosters», vertelt Luk Berlanger, Managing Director van Déhora België.

«Toch moet elk bedrijf voor zichzelf uitmaken welk stelsel het best bij hem past. En dat kan bijvoorbeeld door de werknemers te betrekken bij de totstandkoming van het werkrooster. Wij stellen dan ook regelmatig voor om interne werkgroepen op te richten om alternatieven uit te werken, of de werknemers te bevragen».

Het 5-ploegenstelsel
De gemiddelde werktijd in het 'schone' vijfploegenstelsel bedraagt 33,6 uur/week, waarbij werknemers acht uur per dag werken. Veel roosters bestaan daarbij uit blokken van drie tot vier dezelfde shifts achter elkaar.

Meestal volgt er na zo’n blok twee dagen rust. Na enkele nachten heeft men altijd drie dagen rust. «Dit lichtere rooster komt onder meer de gezondheid van de werknemers ten goede. We zien dat de klachten van vooral nachtarbeid zich met name manifesteren vanaf de leeftijd van 45.

Een vijfploegenstelsel met een beperkte arbeidsduur kost de werkgever wel meer, omdat er meer werknemers moeten worden ingezet. Maar deze meerkost is snel terugverdiend, doordat het ziekteverzuim in een vijfploegenstelsel met beperkte arbeidsduur en een ergonomisch vormgegeven rooster afneemt en de medewerkers zich beter voelen en gemotiveerder zijn.

In Nederland is dit stelsel al enkele tientallen jaren niet voor niets het populairste volcontinu stelsel», beklemtoont Berlanger.

Meer flexibiliteit
Dit rooster biedt bovendien meer flexibiliteit aan de werkgever. Wanneer er extra werk is, kunnen werknemers opgeroepen worden. Het tekort aan uren in vergelijking met een officiële werkweek (33,6 tegenover 38) wordt gecompenseerd met zogenaamde 'terugkomdagen'.

Dit zijn dagen waarop de werknemer zich ter beschikking stelt van het bedrijf, buiten het normale vijfploegenschema. Op deze dagen vervangt de werknemer een afwezige collega, vangt hij piekmomenten op, volgt hij een opleiding of voert hij andere werken uit.

Door de korte werkweek vallen de arbeidsduurverkortingsdagen (ADV-dagen) weg. Een werknemer in bijvoorbeeld een vierploegenstelsel werkt ongeveer 42 uur, terwijl een klassieke werkweek 37 à 38 uren duurt.

Hij heeft dus recht op een aanzienlijk aantal vrij op te nemen ADV-dagen.

België versus Nederland
Belgische bedrijven geven vandaag de voorkeur aan enerzijds het drieploegenstelsel, met twee ploegen die roteren in vroege en late shifts en een - al dan niet vaste - nachtploeg, of anderzijds het vierploegenrooster, waarbij ook een weekendploeg wordt ingezet.

«Uit wetenschappelijk onderzoek is echter gebleken dat werknemers die enkel nachtwerk of hele vroege diensten doen vaker gezondheidsproblemen hebben», vertelt Berlanger.

«Die fysieke gevolgen laten zich met name voelen vanaf 45-plus. Het dag- en nachtritme neemt af, slaapproblemen nemen toe en men heeft een langere hersteltijd nodig. Een aangepast ploegenstelsel kan deze fysieke problemen voorkomen».

In Nederland ijverden de vakorganisaties al eind jaren zeventig voor de invoering van het vijfploegenstelsel. Met name de nadelen van nachtwerk voor de betrokken werknemers veroorzaakte deze mentaliteitshift.

In Nederland is een vaste nachtshift trouwens bij wet verboden. British Petroleum (BP) was het eerste Nederlandse bedrijf dat eind jaren zeventig de overstap maakte naar het vijfploegenstelsel.

Ben Jansen, nu CEO van Déhora Nederland, was destijds de arbeids- en organisatiepsycholoog die BP begeleidde bij de overgang naar vijfploegendiensten. «De resultaten waren positief», vertelt hij.

«Werknemers hadden minder lichamelijke en sociale klachten. Midden jaren tachtig zijn de meeste Nederlandse bedrijven dan ook geleidelijk overgestapt naar het volcontinu vijfploegenstelsel».

Belgische terughoudendheid
«Een ploegenstelsel legt een ritme op aan het werk, maar ook aan het privéleven. Ik vergelijk dit graag met een kaartenhuis dat instort wanneer er aan de basis wijzigingen worden aangebracht.

Een nieuw rooster houdt risico’s in voor het sociaal leven van de werknemer: zijn of haar 'work/life balance' verandert. Werknemers zijn met andere woorden bang dat hun kaartenhuis in mekaar zal storten.

In België is men nogal tuk op 12-uren diensten, omdat je minder dagen per week werkt en dit gunstiger is voor je sociale leven. Dat dit rooster op oudere leeftijd ongezonder is dan een 8-urenrooster houden we even buiten beschouwing. In Nederland zijn 12-uren roosters trouwens bij wet verboden.

De Belgische wetgeving is bijgevolg één van de redenen waarom het vijfploegenstelsel nog niet massaal werd geadopteerd. Werkgevers vinden roosters aanpassen dan weer een gedoe en ook sociale partners nemen soms eerder een voorzichtige houding aan tegenover veranderingen», zo verklaart Jansen de Belgische terughoudendheid.

Wel stelt het bureau dat het ideale rooster niet bestaat. Wel zijn er richtlijnen om de ploegenarbeid voor de werknemer zo vlot mogelijk te laten verlopen, met minder kans op problemen op fysiek, psychisch en sociaal vlak.


Kader:
Enkele praktijktips

  • Betrek je werknemers bij het opstellen van een ploegenrooster
  • Een korte rotatie is gezonder dan een lange (dus minder dagen na mekaar dezelfde shift doen)
  • Een voorwaartse rotatie (vroege-late-nacht-vroege-late-…) is gezonder dan een achterwaartse omdat je meer recuperatietijd hebt. Als je van een nacht- naar een ochtendshift moet omschakelen, moet je daar immers al meteen je wekker voor zetten waardoor je minder recupereert.
  • Een vroege shift die start om 7u in plaats van 6u is gezonder, omdat de REM-slaap dan niet wordt onderbroken
  • Vermijd belastende taken aan het eind van een nachtshift om werkongevallen te voorkomen; de concentratie vermindert immers.