ENGINEERINGNET.NL - Zo worden bijvoorbeeld tomaten die de supermarkt niet meer als 'vers' kan verkopen, verwerkt tot onder andere soep en saus om vervolgens in dezelfde supermarkt of elders weer verkocht te worden. Hutten voldoet al geruime tijd aan het keurmerk 'MVO Prestatieladder' en laat daarmee zien maatschappelijke verantwoord te ondernemen.
Omdat De Verspillingsfabriek een onderscheidende positieve impact heeft op mens, milieu en maatschappij kan Hutten voor de financiering van de nieuwe fabriek gebruikmaken van een impactlening van de Rabobank en de Europese Investeringsbank (EIB) met een aantrekkelijke korting. Financiële details over de lening zijn niet bekend gemaakt.
Voor duurzame koplopers in het Nederlandse midden- en kleinbedrijf heeft de Rabobank in november 2015 een lening met maximaal 1,2 procent rentekorting van de EIB geïntroduceerd. De EIB stelde 50 miljoen euro beschikbaar voor Rabobank-klanten die kunnen aantonen dat ze al flinke stappen hebben gezet op het gebied van duurzaamheid.
Maatgevend is een lijst van 37 bestaande duurzaamheidskenmerken, waarvan een bedrijf er minstens één moet hebben. Denk aan de 'CO2-prestatieladder' (CO2-uitstoot terugdringen), het 'Beter Leven'-kenmerk (diervriendelijk geproduceerd vlees), 'BREEAM' (duurzame gebouwen), 'Milieuthermometer zorg' (duurzame bedrijfsvoering in zorginstellingen) of het 'Eko-keurmerk' (biologische producten).
"Alle geselecteerde keurmerken gaan over duurzaamheid in de kern van de bedrijfsvoering. De keurmerken reiken verder dan de wettelijke eisen en er vinden daadwerkelijke controles plaats op de bedrijfsvoering", aldus Bas Rüter, directeur Duurzaamheid bij de Rabobank.
"Het familiebedrijf Hutten laat met De Verspillingsfabriek zien dat er wel degelijk circulaire oplossingen zijn om voedselverspilling tegen te gaan. Dit soort innovatieve en duurzame initiatieven willen wij samen met de EIB stimuleren, met name bij mkb en midkap bedrijven", licht Marcel Gerritsen, directeur Zakelijk financieren van de Rabobank, toe.
De coöperatieve bank heeft reeds jarenlang ervaring met het stimuleren van duurzame ontwikkeling. "In elke sector is zo'n vijf procent van de bedrijven voorloper in duurzaamheid. Deze koplopers steken hun nek uit, komen met nieuwe ideeën en integreren milieuzorg, eerlijke handel, dierenwelzijn of andere maatschappelijk belangen in hun bedrijfsvoering", zegt Rüter.
"Koplopers fungeren als rolmodel voor het grote peloton. Je ziet overal in het bedrijfsleven dat wat de voorhoede doet, wordt vroeger of later praktijk voor veel meer bedrijven. Uiteindelijk is het zo dat wanneer bedrijven duurzamer worden, ze beter tegen een stootje kunnen. Dat is ook goed voor ons als bank."
"Ook als we deze eerste 50 miljoen euro aan EIB-gelden hebben toegekend, willen we met financiering een brede groep duurzame koplopers blijven stimuleren. Daar werken we hard aan", aldus Gerritsen.