ENGINEERINGNET.BE - Maar wie is deze ingenieur van de toekomst of hoe word je dat? Levenslang leren zal in zijn DNA moeten zitten om de uitdagingen van morgen het hoofd te bieden. Het onderwijs innoveert mee.
Zo lanceren KU Leuven en UGent eind deze maand het gloednieuwe postgraduaat Smart Operations and Maintenance in Industry. Het maakt deel uit van een nieuwe gelijknamige master-na-masteropleiding, die start in september 2023.
Voor dit postgraduaat sloegen KU Leuven en UGent de handen in elkaar, op vraag van de Vlaamse overheid en hierin sterk gesteund door het bedrijfsleven. Vlaanderen investeerde in juni 2019 liefst 6,5 miljoen euro in levenslang leren in West-Vlaanderen. Dat leidde tot drie master-na-masteropleidingen en zeven postgraduaten.
“UGent en KU Leuven zijn in West-Vlaanderen actief op campussen in Brugge en Kortrijk. We zetten in op één manama aan KU Leuven (in Artificial Intelligence), één aan UGent (in Sustainable Food Packaging) en de Advanced Master of Science in Smart Operations and Maintenance in Industry, een samenwerking van beide universiteiten. Deze is uniek voor Europa en wordt verwacht tegen september 2023. Het nieuwe postgraduaat nu is daar onderdeel van”, schetst programmacoördinator Ewout Ramon van UGent.
Aansluiten bij technologische speerpunten regio
De nieuwe opleidingen sluiten aan bij technologische speerpunten in de regio. De maakindustrie, waarbij de opleiding Smart Operations and Maintenance in Industry aansluit, is één van de belangrijkste West-Vlaamse sectoren en verantwoordelijk voor liefst 41,3% van de Vlaamse jobs in de mechatronicasector en bijna 25% van het totaal aantal jobs in de metaalsector.
“Hoewel de opleiding er kwam met het oog op de West-Vlaamse maakindustrie, is het uiteindelijk een breder verhaal geworden. En dat dankzij de input van de bedrijfswereld. Het is relevant voor alle mogelijke productie, van de bouw van machines, voedingsverwerkende nijverheid tot de farmaceutische industrie die werkt met machines”, verduidelijkt Wim Malfait, directeur van het Postuniversitair Centrum KU Leuven.
“Bovendien is de voertaal het Engels, en dus niet louter gericht op Vlamingen”, benadrukt programmacoördinator Jorie Soltic van het Postuniversitair Centrum KU Leuven. “We mikken in het bijzonder op professionelen. Het postgraduaat is zo vormgegeven dat het ingenieurs en andere deskundigen toelaat om de studie te combineren met hun job.”
Industrie 4.0-technologieën
In het postgraduaat Smart Operations and Maintenance in Industry delen de universiteiten van Leuven en Gent hun kennis ter zake. “Onze expertises zijn complementair. Het hele pakket is niet in één huis te vinden”, weet Malfait. Precies omwille van die complementariteit is de opleiding erg synergetisch opgebouwd. “In elk vak is er minstens één docent van UGent en één van KU Leuven betrokken.”
Het postgraduaat richt zich op de meest relevante en essentiële Industrie 4.0-technologieën en concepten met betrekking tot operaties en onderhoud, voor een industriële productiecontext. “Je leert zowel operationele als onderhoudsprocessen optimaliseren door ze 'slim' te maken, met behulp van onder meer robotica, big-data analytics, digital twins en cloud computing.
De vier basisvakken zijn Digital Twin (virtueel repliceren van machines en fabrieken), Monitoring & Prognostics (industriële processen optimaliseren), Operations Management Strategies (machines beheren) en Smart Factory Design (digitale werkvloer ontwerpen)”, leggen de programma-coördinatoren uit. Wie het postgraduaat met succes afrondt, geniet vrijstellingen in de gelijknamige master-na-master opleiding in 2023.
De universiteiten waken er ook over dat deze opleiding op z’n minst steeds gelijke tred houdt met de industriële evolutie. “We zitten geregeld samen met de industrie om de vinger aan de pols te houden. Dat was al zo bij de ontwikkeling van het postgraduaat, en we blijven samenwerken in de toekomst”, bevestigt Ramon.
Kritische transformatie
Daarnaast delen ze ook hun infrastructuur. “UGent heeft specifieke labo’s in Kortrijk. KU Leuven beschikt dan weer over labo’s in Brugge. Zij worden al gebruikt voor onderwijs en onderzoek en nu dus ook voor het postgraduaat”, vult Ramon aan. Bepaalde onderdelen van de vorming worden digitaal aangeboden, maar daarnaast is het wel de bedoeling om zo veel mogelijk fysiek aanwezig te zijn in de lessen.
“Elkaar ontmoeten op de campus, heeft een meerwaarde. Mensen leren van elkaar. Die signalen krijgen we ook uit het bedrijfsleven, om mensen uit de werkomgeving te halen en zich te laten onderdompelen in de materie”, verduidelijkt Malfait. “We zetten de technologieën slim en doordacht in, zo leren we het ook aan onze cursisten.
Digitale transformatie gaat nu net om die kritische reflectie, over welke tools je waarvoor gebruikt. We leiden een profiel op dat de juiste keuzes kan maken. Daarin onderscheiden we ons ook van andere opleidingen.” Het nieuwe postgraduaat staat open voor pas afgestudeerde ingenieurs, maar ook wie al pakweg vijftien jaar geleden afstudeerde, kan de opgedane kennis en ervaring updaten.
“Ingenieurs zijn niet verplicht om zich bij te scholen, maar we gaan er wel vanuit dat ze de behoefte hebben om up-to-date te blijven. Als universiteiten engageren we ons om die nood op te vangen”, aldus nog de directeur van het Postuniversitair Centrum.