• 25/06/2013

Mobiele ingenieurs van 'elders' komen niet aan bak in Vlaanderen

Voor de tweede keer trok de VDAB in april met werkgevers naar de Engineering Mobility Days-jobbeurs in Lissabon om er internationaal ingenieurs te rekruteren.

Trefwoorden: #Engineering Mobility Days, #ingenieurs, #jobbeurs, #Portugal mobiele ingenieurs, #VDAB

Lees verder

HR

Download het artikel in

ENGINEERINGNET.BE -- Patrick Stevens aan, stafmedewerker PR en Communicatie bij het Antwerps integratiecentrum 'de8' in Borgerhout toont zijn lijstje van hoogopgeleide inwijkelingen.

Daarop staat bijvoorbeeld een Portugese ingenieur die sinds oktober in België verblijft, hier ondertussen Nederlandse les volgde en niveau 2.1 haalt, maar niet aan bak komt.

«Een werkwinkel wees deze ingenieur door naar ons omdat ze het niet meer weten. Maar tegelijk gaat de VDAB ginder op zoek naar andere ingenieurs...»

Een paar weken geleden reageerde het Forum HOA -Hoger Opgeleide Anderstaligen- een werkgroep van 'de8', snedig op een nieuwsbericht van Engineeringnet Online dat «er momenteel in België duizend vacatures voor ingenieurs niet worden ingevuld en dat er een structureel tekort is.»

Dat vloekt met de realiteit, vindt het Forum HOA bij monde van Patrick Stevens. Hij stelt vast dat anderstalige ingenieurs en hoogopgeleide anderstaligen in het algemeen moeilijker toegang vinden tot onze arbeidsmarkt.

Het forum roept bedrijven op om het aanwezige potentieel en talent van deze doelgroep beter te benutten.

Volgens de8 was in 2011 ongeveer 17% van de inburgeraars met een contract bij het Onthaalbureau Antwerpen hooggeschoold. Van de meer dan 7.900 inburgeraars waren er 579 bachelors, 339 masters en 5 doctoraten.

‘Meet & Greet’
Forum HOA, dat al een vijftal jaar actief is in het Antwerpse, werd opgericht voor en door hoogopgeleide anderstaligen in samenwerking met het Antwerps integratiecentrum 'de8'. Het brengt de obstakels in kaart waarmee HOA geconfronteerd worden en gaat op zoek naar oplossingen.

In dat kader organiseerde het in februari 2013 een 'Meet & Greet' voor hooggeschoolde anderstalige ingenieurs, in samenwerking met Jobkanaal van Voka-Kamer van Koophandel Antwerpen-Waasland. Een 50-tal anderstalige ingenieurs nam deel aan een try-out bij vier industriële bedrijven en hun HR-managers.

Zes ingenieurs werden naderhand uitgenodigd voor een opvolgingsgesprek op het bedrijf. Een daarvan was de Iraanse Rouhalla Miri (33). «Noem me maar Farbod» Hij genoot een opleiding technisch industrieel tekenaar aan de universiteit van Shiraz.

«Ik heb 14 jaar ervaring als ontwerper/technisch tekenaar en werkte bij een huishoudtoestellenfabrikant, een auto-onderdelenfabrikant, een militair bedrijf, in de petrochemie en cementsector, in een raffinaderij.

In Turkije werkte ik als operator.» Bovendien rondde hij nog een opleiding van 'piping tekenaar' af bij ATEL-Merksem, de ICT opleidings- en projectorganisatie voor kansengroepen.

Farbod is in België sinds 2010. Hij heeft een aanvraag als politiek vluchteling lopen. Na vier maanden kreeg hij een oranje of arbeidskaart. In de zomer, wanneer er geen Nederlandse taallessen zijn, kon hij in 2011 twintig dagen aan de slag als appelplukker en later ook in een industriële bakkerij.

Farbod spreekt Engels, Farsi, Turks, een beetje Arabisch. Ons hele interview verliep in het Nederlands.

Op de 'Meet & Greet' in februari sprak hij met vier bedrijven. Twee bedrijven nodigden hem achteraf uit voor een tweede gesprek.

«Maar uiteindelijk kreeg ik te horen dat mijn taalkennis beter moest. En dan was er ook nog het probleem van een rijbewijs of auto. Dat is moeilijker.»

Taal, crisis en andere drempels
De werktaal van de technisch industrieel tekenaar is Engels en Duits. De normen die ze hanteren zijn ISO of DIN, weet Farbod. «Mijn Engels is prima maar ik vond nog geen detacheringsbedrijf dat Engelstaligen zoekt.»

Hij focust dus op zijn Nederlands. «Ik probeer mijn taalkennis nog te verbeteren», zegt Farbod die de taalcursus van het PCVO (Provinciaal Centrum Volwassenenonderwijs) volgt en er niveau 2.2. haalde.

Om het taalniveau te halen om verder te studeren zijn er twee opties: via inburgering of via betaalde cursussen.

Hoogopgeleide mensen kunnen hun niveau sneller opkrikken, maar dan moet er geld op tafel gelegd worden. En die cursussen zijn niet bepaald goedkoop.

In zijn zoektocht naar werk ervaart Farbod op 'een grote muur' te botsen. «Maar veel sectoren kennen geen of nauwelijks crisis. Denk aan de voedingssector, brandstoffen,...

Hij merkt dat bedrijven hier op vacatures voor een industrieel tekenaar eigenlijk een Master of post-Master zoeken. «Overgekwalificeerde mensen die ze dan minder betalen.»

Realisme
«Nee, de overdreven focus op het Nederlands is niet OK», vindt Patrick Stevens bij de8. «We pleiten voor realisme. Je moet elkaar kunnen verstaan op de werkvloer.

Maar zet iemand als Farbod - die duidelijk weet hoe het in de praktijk moet en op korte tijd een goede basis heeft voor de taal maar praktische taalervaring mist - op de werkvloer en hij zal de taal vlotter oppikken dan met eender welke cursus.»

De mogelijkheid om een taal te leren is trouwens een zeer persoonlijk gegeven. Sommigen hebben meerdere universitaire diploma’s en helemaal geen taalgevoeligheid.

Maar wat weerhoudt bedrijven te investeren in mensen met ervaring? Is de bedrijfsleiding bevreesd voor foute reacties van medewerkers op de werkvloer? «Mensen op de vloer zijn behulpzamer dan je denkt.»

«We vrezen dat bedrijven een mindere kennis van het Nederlands vaak als makkelijke drogreden gebruiken om niet in zee te gaan met een kandidaat», zegt Stevens.

Dat schept problemen: de anderstaligen worden onzeker, krijgen geen realistisch inzicht in hun eigen competenties en gaan overinvesteren in extra cursussen Nederlands… terwijl sommige sectoren in het buitenland gaan rekruteren met vacatures die Engels als voertaal gebruiken.


(foto's: LDS) (foto boven, Patrick Stevens)
door Luc De Smet, Engineeringnet

Kader:
De Venezolaan Orlando Verde (36), ingenieur informatica, werd met een softwarejob bij een groot telcobedrijf naar België gehaald in 2001. Net voor ‘nine-eleven’ en het barsten van de internetbubbel. Toen er nog zeer actief ingenieurs aangetrokken werden.

Hij is nog steeds actief in dezelfde onderneming. Ondertussen volgde hij een Master-opleiding ‘Intercultural Management’ in Mechelen en daarna liep hij ook filmschool aan de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen. «Daarmee voelde ik me plots thuis.»

Aanvankelijk werkte Verde in het Engels. Na twee cursussen Nederlands voelde hij zich nog steeds ‘sociaal gehandicapt’. Mensen schakelden direct over op Engels toen ze hem hoorden spreken.

Sommigen uit gastvrijheid, anderen uit ongeduld. «Die sociale dynamiek maakt het moeilijk de taal functioneel te leren. Maar in een academische omgeving, waar iedereen Nederlands spreekt, komt het vanzelf.»

Verde is ervan overtuigd dat taal zich sneller ontwikkelt wanneer mensen in een job staan. «Wie zich goed in zijn vel voelt, wanneer de frustratie verdwijnt, integreert ook sneller.»

Hij ervaart dat de maatschappij verwacht dat een migrant zich integreert en bijdraagt aan de samenleving... «maar dan op de wijze die anderen bepalen. En dat is niet ideaal.»

«Mijn migratie was een migratie de luxe», erkent Verde. «Dat zit altijd in mijn achterhoofd. Ik heb steeds een positief verhaal gehad, maar ik ben me ook bewust hoe negatief het kan zijn voor heel veel andere mensen.»