ENGINEERINGNET.BE -- Technologiefederatie Agoria verzamelde onlangs een groep afgevaardigden van Belgische machinebouwers voor een bezoek aan het textielinstituut van de Technische Universiteit van Dresden.
De machinebouwers blijken geïmponeerd: "Onze delegatie was sterk onder de indruk van de competenties die in dit instituut aanwezig zijn en van zijn uitgebreid, modern machinepark."
Het ITM maakt deel uit van de Technische Universiteit van Dresden en heeft een lange traditie op het gebied van onderzoek in het domein van textielproducten en textielmachines.
Het is zelfs het oudste textielmachine-instituut in Duitsland en staat wat de productie van halffabricaten (i.e. weven, breien, leggen, enz.) betreft, duidelijk aan de top.
Het ITM heeft 2 departementen: eentje over 'Textile Technology' en een tweede over 'Ready made technologies & joining technologies'.
Het textile technology lab ontwikkelt in mindere mate zelf machines, maar is vooral gespecialiseerd in de aanpassing van bestaande machines. De focus ligt op aanpassingen voor technisch textiel.
Het instituut heeft in al zijn activiteiten een duidelijke focus op composieten, al dan niet vezelversterkt.
De meeste activiteiten in het domein van toegepast industrieel onderzoek hebben betrekking op glasvezel, al dan niet gecombineerd in hybrid materials. Koolstofvezel wordt meer in de onderzoeksprojecten gebruikt.
Wat fabric production betreft, wordt vooral gewerkt met weaving en weft knitting. Recent heeft het instituut zijn competenties ook uitgebreid naar “leggen”, waarbij de (meestal) composietgarens naast elkaar worden gelegd en dan door een hittebehandeling of knitting aan elkaar worden bevestigd. Die techniek wordt vooral toegepast op glas en koolstofvezels (al dan niet in hybrid garens verwerkt).
