• 10/12/2012
  • |     BB

Brookhuis: 'Belgische bedrijven en overheden schuwen octrooien'

'De Belgische bedrijfswereld lijkt wel bang van octrooien'. Dat stelt Nederlands octrooispecialist Hendrik Jan Brookhuis. 'En de overheid houdt bepaalde vooroordelen zelf in stand.'

Trefwoorden: #brookhuis, #Dienst Intellectuele Eigendom, #octrooi, #patent

Lees verder

research

( Foto: EP&C, Hendrik Jan Brookhuis )

ENGINEERINGNET.BE -- "De - onterechte - octrooi-angst ondermijnt de Belgische kenniseconomie", stelt Hendrik Jan Brookhuis, Europees octrooigemachtigde en partner bij EP&C: "Organisaties schuwen octrooien uit angst voor onbeheersbare kosten en een juridische rompslomp. Octrooien zijn nochtans het middel bij uitstek om waardevolle kennis te beschermen."

Hendrik Jan Brookhuis studeerde werktuigbouwkunde in Enschede en treedt veelvuldig op bij rechtzaken, opposities en andere juridische procedures inzake octrooien in binnen- en buitenland.

"Er heersen nog steeds heel wat vooroordelen omtrent de aanvraag van octrooien", aldus Brookhuis. Hij stelt vast dat zelfs advocaten met een specialisatie in intellectueel eigendom te weinig praktisch inzicht hebben in de procedures en onvoldoende op de hoogte zijn van de werkelijke gang van zaken en kosten.

En de geruchtenmolen blijft hardnekkig draaien: 'octrooien vragen (te) veel inzet en middelen', en 'bieden geen garantie op succes'. Advocaten aarzelen dan ook om hun klanten een octrooiprocedure aan te bevelen omdat ze vrezen dat er van alles mis kan gaan.

En hoewel de Dienst Intellectuele Eigendom van de Federale Overheidsdienst Economie zich inspanningen getroost om de kenniseconomie en innovatie in België te steunen, houdt ook zij bepaalde vooroordelen in stand, aldus Brookhuis.

In haar jaarverslag stelt de Dienst Intellectuele Eigendom bijvoorbeeld dat octrooiaanvragen in Europa twee tot drie keer zo duur zijn als bijvoorbeeld in Amerika of Japan.

Volgens Brookhuis is dit pertinent onjuist. “Dit is een mythe die is gebaseerd op de aanname dat een organisatie haar uitvinding in de volledige EU wenst te beschermen. Dat zijn dus in totaal in 38 landen. Dat is erg onrealistisch, want een octrooi in al die landen is voor bijna geen enkel bedrijf nodig om effectief bescherming te hebben. De afzetmarkt voor een bedrijf omvat doorgaans een zestal Europese landen en dan zijn de octrooikosten veel beperkter.”

“Om de onterechte terughoudendheid tegenover octrooien te helpen overwinnen zou de overheid bedrijven met een R&D-afdeling net moeten stimuleren om zich geregeld door een octrooispecialist te laten adviseren. Zo kunnen ze de ongegronde terughoudendheid tegenover octrooien overwinnen en kunnen bedrijven volop de vruchten plukken van hun activiteiten."


ACHTERGROND
Helemaal vrij van eigenbelang is de oproep van Brookhuis niet. Hij is namelijk partner bij EP&C, een bekend octrooibureau dat uiteraard streeft naar zoveel mogelijk octrooi-aanvragen. Brookhuis is wél onderlegd in de materie: als gastdocent doceert hij octrooirecht aan de TU in Eindhoven en daarnaast is hij lid van het executive committee van de FICPI, de internationale organisatie van octrooigemachtigden. EP&C heeft vier kantoren in Nederland en plant de opening van een eerste kantoor in België.