• 18/03/2013

Strategisch anticiperen op uitbreidende kankercellen

In plaats van één enkel medicijn inzetten tegen één enkele genetische verandering van de tumor, zou men beter anticiperen op de evolutie van de tumorcellen.

Trefwoorden: #behandeling, #kanker, #strategie, #TU Delft, #tumor

Lees verder

research

( Foto: Wikipedia, baarmoederhalskanker )

ENGINEERINGNET -- Prof. Lodewijk Wessels van de Nederlandse TU Delft en het Nederlandse NKI-AVL stelt dat we weg moeten van strategieën die één enkel medicijn inzetten tegen één enkele genetische verandering in een tumor en naar een aanpak die diverse stappen vooruit denkt en anticipeert op de volgende ‘strategische zet’ van tumorcellen.

Om dit te bereiken is een gedetailleerde kaart nodig van het biologische en chemische ‘circuit’ van allerlei verschillende tumoren. Dit komt technologisch steeds meer binnen handbereik, aldus Wessels.

Onder meer in Nederland is kanker nu de belangrijkste doodsoorzaak. In uitgezaaide kanker heeft maar 1 op de 4 patiënten baat bij behandeling.

Lodewijk Wessels verklaart dit: ‘Alle tumoren komen voort uit veranderingen in hun DNA. Systematische studies van de DNA-code van tumoren laten zien dat zelfs tumoren van hetzelfde type, zeer verschillende veranderingen in hun DNA ondergaan. Deze grote variatie verklaart waarom de effectiviteit van de huidige therapieën soms laag is, maar laat ook zien dat we niet alle tumoren op een zelfde manier kunnen behandelen.’

‘Daarom is sinds kort een ‘gepersonaliseerde’ behandeling van kanker in opkomst’, vervolgt Wessels. ‘Het idee is om de behandeling bij iedere tumor toe te spitsen op de specifieke genetische veranderingen in die tumor.’

Helaas leidt deze nieuwe aanpak zelden tot de volledige vernietiging van de tumor, omdat bepaalde tumorcellen resistent worden tegen de behandeling en zich aanpassen.

Er zijn dus geavanceerdere strategieën nodig, zegt Wessels. ‘We moeten weg van strategieën die één enkel medicijn inzetten tegen één enkele genetische verandering en richting een aanpak die diverse stappen vooruit denkt en anticipeert op wat de volgende ‘strategische zet’ van de tumorcellen zou kunnen zijn’.

Dat houdt bijvoorbeeld een combinatie van therapieën in, die niet alleen het ‘hoofdlevenspad’ van de tumor blokkeren maar ook mogelijk ontsnappingsroutes daaruit elimineren.

Hiervoor is wel een gedetailleerde kaart nodig van het biologische en chemische ‘circuit’ van de tumorcellen. ‘Gelukkig worden de technologieën om dit in kaart te brengen steeds toegankelijker en goedkoper’, zegt Wessels.

‘Dit heeft al geresulteerd in grote dataverzamelingen die tumoren karakteriseren en in tumormodellen met grote moleculaire gedetailleerdheid.’ Er moet echter nog veel gebeuren om deze kaart dynamische voorspellingen te laten maken, en hier gaat Wessels en zijn groep zich de komende jaren op storten.

Omdat therapieën bijwerkingen hebben moeten de ontsnappingsroutes met zo weinig mogelijk therapieën afgesloten wordt. ‘Uiteindelijk streven we naar een strategie die de kwaliteit van leven maximaliseert.’


(GL)