Twee offshore hoogspanningsonderstations op weg naar Gemini windpark

De twee Gemini onderstations 'Buitengaats' en 'ZeeEnergie' hebben werf verlaten voor hun reis naar Nederlandse Gemini-project, één van grootste offshore windmolenparken ter wereld.

Trefwoorden: #Buitengaats, #cg, #cofely, #fabricom, #Gemini, #hoogspanning, #Iemants, #van oord, #ZeeEnergie

Lees verder

Nieuws

( Foto: CG )

ENGINEERINGNET - Het consortium FICG van Cofely Fabricom, Iemants en CG heeft de bouw van de twee offshore hoogspanningsonderstations afgerond en ze naar hun eindbestemming verscheept.

FICG werd door Van Oord geselecteerd voor het Gemini offshore windenergieproject, gelegen op 85 km ten noorden van het eiland Schiermonnikoog in Nederland.

Beide onderstations, voor de windparken Buitengaats (300MW) en ZeeEnergie (300MW), verlieten vandaag het dok van Hoboken nabij Antwerpen, om hun reis van ongeveer 2 à 3 dagen - afhankelijk van de weeromstandigheden - aan te vangen. Het uitvaren is een van de laatste grote stappen vóór de uiteindelijke installatie op zee.

Het Gemini-project, dat operationeel zou moeten zijn in 2017, wordt beschouwd als een van de grootste offshore windenergieprojecten ter wereld. Het is ook verder van land gebouwd dan alle andere windmolenparken, op 85km van de Nederlandse kust.

Wanneer het klaar is, zal het park een totaal vermogen van 600MW hebben. Dat is voldoende om 785.000 huishoudens van groene stroom te voorzien en de CO2-uitstoot met 1.250.000 ton te verminderen. Het consortium wist het contract voor de drie substations in de wacht te slepen: twee voor offshore en een voor onshore. Samen goed voor ongeveer 150 miljoen euro.

Het project bouwt voort op het trackrecord van FICG. Sinds de drie bedrijven in 2009 voor het eerst een partnerschap aangingen, destijds voor het Belgische Belwind-park, wist het consortium nog vijf projecten op zijn palmares te schrijven: Butendiek, Amrumbank, Luchterduinen, Humber Gateway en Gemini.

Voor offshore-projecten dingen de drie in groepsverband naar de bouw- en engineeringcontracten.

Daarbij zorgt Cofely Fabricom (onderdeel van Engie, het vroegere GDF Suez) voor het technisch installatiegebeuren, Iemants (Franse groep Eiffage) staat in voor de fundering en de staalconstructie, en CG (Avantha Group Company) neemt het transformatorgedeelte voor zijn rekening.