• 24/10/2012

Agoria: 'Sluiting Ford Genk kost ons land 0,3 procent van BBP'

Agoria becijfert het potentiële jobverlies door de sluiting van Ford Genk op 9.460 banen. "In België gaat 70 procent van de assemblagekost naar lonen", stelt de federatie.

Trefwoorden: #agoria, #flanders drive, #ford genk, #vdab

Lees verder

Nieuws

( Foto: Ford )

ENGINEERINGNET.BE -- Agoria, de federatie van de technologische industrie, stelt in een persmededeling mee te leven met de getroffen werknemers en hun familie. Ook een veertigtal toeleveranciers zullen rechtstreeks de gevolgen hiervan voelen, zegt Agoria:

"Direct en indirect zorgt dit bedrijf voor 9460 jobs. In de Fordfabriek zelf verdienen 4.300 arbeiders en bedienden hun brood, nog eens 1.305 mensen zijn tewerkgesteld in de bedrijven aan de ‘conveyor’ die uitsluitend aan Ford Genk toeleveren. Daarnaast staan er nog 3.855 jobs bij industriële en dienstentoeleveranciers op het spel", schat de federatie.

“Na de sluiting van Opel, is er niets fundamenteels veranderd aan onze concurrentiepositie. Ford Genk wordt nu het slachtoffer van een combinatie van overcapaciteit in een door de crisis getroffen sector en de concurrentie met fabrieken in andere landen.”

Vooral de provincie Limburg deelt in de klappen. Ford Genk is de grootste privéwerkgever in die provincie en naast de directe werkgelegenheid, zal de sociale factuur ook bij de toeleveranciers jammer genoeg hoog oplopen, vreest Agoria.

De bedrijven die aan de conveyor-transportband rondom de fabriek gevestigd zijn, zijn exclusief aan Ford Genk gelinkt. Zij stellen 1.305 mensen tewerk.

Daarnaast zijn er nog een veertigtal andere bedrijven die voor Ford Genk werken als toeleverancier. Een deel van die toeleveranciers leveren uitsluitend toe aan Ford Genk.

Andere bedrijven leveren ook aan andere Ford-vestigingen in Europa. Een aantal andere toeleveranciers hebben een internationale klantenportfolio en zullen het wegvallen van Ford Genk beter kunnen opvangen. In totaal houdt Agoria rekening met een direct en indirect potentieel jobverlies van 9.460 banen.

Naast de sociale impact, heeft de sluiting ook een zware impact op onze economie. Ford is goed voor een omzet van 3 miljard euro en zorgt voor 15 procent van de toegevoegde waarde van de Belgische voertuigsector. Een sluiting zorgt voor een daling van ons BBP met 0,3 procent.

Niet duurste, maar loonkost weegt wel degelijk
Agoria wijst naar de ongelukkige samenloop van het einde van de modellencycli bij Ford Genk in combinatie met de economische toestand waardoor het probleem van de overcapaciteit in de autosector nog harder wordt gevoeld: "Door onze loonlasten, lokale fiscale lasten en energiekosten horen we bij de duurdere producerende landen. Maar de federale ploegenpremie zorgt voor zuurstof voor de voertuigsector waardoor auto-assemblage in ons land momenteel iets goedkoper is dan in Duitsland."

"Die voorsprong smelt door de hoge inflatie en door de sneller stijgende lonen via de indexering echter snel weer weg." Agoria pleit voor een structurele lastenverlaging, 'zo niet zal Ford Genk een trieste noot in een steeds langer wordende lijst worden'.

Nog volgens de federatie klopt de in de media vaak aangehaalde stelling als zou de loonkost geen rol spelen in de kostenstructuur van autoproductie helemaal niet: "De loonkosten maken 70 procent uit van de assemblagekost van een auto in ons land. In de finale koopprijs van de auto bij een autodealer speelt die loonkost uiteraard minder mee, maar dat is een totaal irrelevante vergelijking bij de beslissing die vandaag bekend raakte. Vandaag gaat het immers enkel en alleen over de kostprijs van de auto-assemblage."

Desindustrialisering … welvaart in gevaar
Ook na deze klap blijft de voertuigsector een zwaargewicht. Naast Audi Brussels en Volvo Cars in Gent, omvat de voertuigsector ook busbouwers, truckbouwers, producenten van trailers, aanhangwagens en heel wat toeleveranciers, zonder Ford Genk goed voor om en bij de 75.000 jobs. In totaal telt deze sector 300 bedrijven.

De voertuigsector is één van de belangrijkste sectoren voor de economie in ons land, want ze exporteert meer dan 90 procent van haar productie. De voertuigindustrie neemt zo liefst 10% van de totale Belgische export voor haar rekening. De sector levert daarmee een enorme bijdrage aan onze handelsbalans. Een handelsbalans die in het rood gaat door de achteruitgang van de export, betekent ook een achteruitgang van onze welvaart en betaalbaarheid van ons sociaal systeem.

Een Europese aanpak voor de automobielindustrie is nodig, stelt de federatie: "Bij herstructureringen halen de grotere autolanden de bovenhand, wat nefast is voor kleinere landen zoals België. De Europese Commissie beperkt zich te vaak tot het publiceren van rapporten waar geen gevolg aan wordt gegeven."

De federatie benadrukt in dat verband ook het belang van innovatie. Europa zou de nodige innovatie-inspanningen van de komende jaren voor het ‘groene voertuig’ financieel moeten steunen en samenwerkingsverbanden promoten door onderzoeksconsortia tussen de verschillende Europese actoren te stimuleren. Onder meer het technologisch competentiecentrum Flanders’ DRIVE moet hierin een rol spelen.

Ook in ons land moeten de overheden de voertuigsector en meer in het algemeen de industrie blijven ondersteunen. Onder meer door maatregelen die de concurrentiekracht verbeteren.

Agoria hoopt dat de sociale gevolgen voor de medewerkers zo veel als mogelijk opgevangen kunnen worden en zal de vacatures bij haar leden snel in kaart brengen en aan de VDAB voorstellen om een actie op te starten voor de medewerkers.


(bron: Agoria)