• 26/07/2012

UT-onderzoekers ontwikkelen methode om 'stadsbossen' te monitoren

Onderzoekers van de Universiteit Twente hebben geautomatiseerde methode ontwikkeld om met satellietgegevens aantal bomen in stad te tellen en te bepalen waar zich wijzigingen voordeden.

Trefwoorden: #bomen, #kroondiameter, #satelliet, #stad

Lees verder

research

( Foto: Universiteit Twente )

ENGINEERINGNET.NL -- Onderzoekers van de Universiteit Twente hebben een grotendeels geautomatiseerde methode ontwikkeld om met satellietgegevens het aantal bomen in een stad te tellen en te bepalen waar zich wijzigingen hebben voorgedaan.

Gemeentes in Nederland beschikken over een database waarin staat waar welke bomen op openbare grond groeien. Ze doen dit onder meer om de kosten voor het groenonderhoud goed in te schatten, de CO2-balans van een stad te bepalen (in verband met de nationale Kyoto protocol rapportage), om te controleren of ergens (illegaal) bomen zijn verwijderd en om de kwaliteit van de openbare ruimte te monitoren.

Onderzoekers van de Universiteit Twente hebben nu een grotendeels geautomatiseerde methode ontwikkeld om het aantal bomen in een stad te tellen en veranderingen in aantal en kroondiameter te bepalen. Deze methode maakt gebruik van hoge resolutie satellietafbeeldingen die commercieel verkrijgbaar zijn en van de meeste plekken ter wereld ook al beschikbaar zijn.

De methode interpreteert de gegevens tot een kaart met daarop de boomkronen waarop je bovendien veranderingen in de loop der tijd kunt zien (zowel of bomen er nog staan, of er nieuwe bomen zijn bijgekomen en of er relevante wijzigingen in de omvang van de boomkronen zijn). Hierna vindt er een controleslag door een mens plaats.

Volgens prof. dr. ir. Alfred Stein, een van de betrokken onderzoekers, is de methode niet alleen minder arbeidsintensief, maar is deze in de praktijk ook nauwkeuriger: “Ik vertrouw deze methode meer dan handmatig tellen en meten, wat nu de gangbare methode is om zogenaamde stadsbossen te monitoren. De methode kan bijna bij alle steden ter wereld toegepast worden; alleen bij steden met zeer veel wolkenkrabbers zal het tegen beperkingen aanlopen.”


(KV)