KU Leuven onderzocht werking immuuntherapie

Door de immunologische omgeving van kankers te onderzoeken en te vergelijken met patiëntdata, werden cruciale T-cel-merkers geïidentificeerd die de reactie op immuuntherapie voorspellen.

Trefwoorden: #immuun, #kanker, #KU Leuven, #therapie

Lees verder

research

( Foto: KUL + artemisdian - 123RF )

ENGINEERINGNET.BE - Een internationale groep van onderzoekers, onder leiding van professor Abhishek D. Garg van KU Leuven, bestudeerde de immunologische omgeving van vijf tumortypes op zoek naar biomerkers die voorspellen hoe goed een patiënt op immuuntherapie zal reageren.

Immuuntherapie is nog een relatief nieuwe therapie, maar bleek voor sommige kankerpatiënten al bijzonder krachtig in de bestrijding van kankercellen. Het grote voordeel is dat het immuunsysteem van de patiënt zelf wordt gebruikt, waardoor het immuunsysteem een geheugen kan opbouwen tegen kankercellen en zo langdurige bescherming kan bewerkstelligen.

Garg: "Preselectie van patiënten is nodig om ernstige neveneffecten door ongeschikte immuuntherapie te vermijden. Ook gaat zo kostbare tijd verloren om een meer werkzame behandeling op te starten. Daarom zijn biomerkers nodig op basis waarvan we kunnen voorspellen of immuuntherapie geschikt is voor die specifieke patiënt of kanker.”

In deze studie vergeleken onderzoekers de immunologische omgeving van verschillende tumoren en konden zij twee soorten onderscheiden. De immunologische omgeving van de eerste soort, met onder meer melanomen, blaaskanker en longkanker, bevatte typische, gekende cellen die immuuntherapie ondersteunen. Patiënten in deze groep tonen doorgaans goede resultaten na behandeling met immuuntherapie.

In de tweede groep, met onder meer hersentumor en eierstokkanker, was dit niet het geval en waren er indicaties dat de aanval tegen kankercellen niet onderdrukt werd.

Door de verschillende immunologische omgevingen te vergelijken met patiëntdata, konden de onderzoekers biomerkers identificeren op T-cellen die het slagen van immuuntherapie helpen voorspellen. Vooral bij patiënten met hersentumor vonden de onderzoekers T-cellen terug die in te slechte staat zijn om op bestaande immuuntherapieën te reageren.

Voor deze typen kankers kan het nodig zijn een ander soort immuuntherapie te ontwikkelen. Of door een antikankervaccin te ontwikkelen dat de toestand van T-cellen in de omgeving van de tumor verbeterd waardoor ze wél op de huidige immuuntherapie reageren.

“Verder onderzoek is nodig om deze pistes te onderzoeken en na te gaan hoe we een antikankervaccin kunnen combineren met immuun- of chemotherapie”, aldus Garg.

“Deze studie is alvast een stap voorwaarts in het definiëren van de juiste biomerkers, zodat we kunnen voorspellen hoe een patiënt of kankertype zal reageren op de huidig beschikbare immuuntherapie. We blijven nauw samenwerken met oncologen van UZ Leuven om klinische studies op te starten en om deze nieuwe generatie van biomerkers te implementeren in de dagelijkse praktijk van het ziekenhuis.”