ENGINGEERINGNET.BE - België is momenteel het vierentwintigste rijkste land als het gaat om de totale waarde van de gebouwde omgeving (gebouwen en infrastructuur).
Per inwoner gerekend, is België op dit moment het tiende rijkste infrastructuurland ter wereld en het derde rijkste Europese land. De komende tien jaar zal ons land echter dalen in de ranglijst.
Dit wordt aangetoond in de “Global Built Asset Wealth Index”, die onlangs werd gepubliceerd door het wereldwijde ontwerp- en consultancybedrijf Arcadis.
De index maakt een schatting van de waarde van de gebouwen en infrastructuur in 32 landen, die samen goed zijn voor 87% van het wereldwijde bruto binnenlands product. Het Centre for Economics and Business Research (CEBR) voerde dit onderzoek uit en deed daarbij ook een voorspelling voor de komende tien jaar.
Wat betreft de totale waarde van de gebouwde omgeving, zakt ons land de komende tien jaar van de vierentwintigste naar de zevenentwintigste plaats, en wordt het ingehaald door de Verenigde Arabische Emiraten en de Filippijnen.
Opkomende economieën nemen meer en meer het stokje over van de meer ontwikkelde, omdat die landen meer investeren in hun gebouwen en infrastructuur. Dat is ook de reden dat China de eerste plaats overneemt van de Verenigde Staten, die in 2012 het klassement aanvoerden.
De waarde van de gebouwen en infrastructuur in een land vormt een belangrijke indicator voor de welvaart.
Luc Hellemans, CEO van Arcadis België: “Zonder goed onderhouden wegen, betrouwbare energiebevoorrading, en kwaliteitsvol vastgoed kan een economie niet bloeien.”
Terwijl de totale waarde van de infrastructuur en gebouwen in België licht zal stijgen tegen 2025, zullen we volgens de studie toch drie plaatsen dalen in het wereldklassement. Ook wat betreft de gebouwde rijkdom per capita zakken we van de tiende naar de dertiende plaats.
Hellemans: “De voorbije jaren zijn de investeringen in infrastructuur en gebouwen drastisch gedaald, en dit laat zich meer en meer voelen. Het Oosten investeert massaal in infrastructuur, en laat Europa en de Verenigde Staten achter zich.”
Het uitblijven van investeringen in vastgoed en infrastructuur heeft onder meer te maken met besparingen bij de overheid, en een stagnatie op de vastgoedmarkt.
Hellemans: "Toch zijn er volgens Luc Hellemans groeimogelijkheden. De private en de publieke sector moeten de handen in elkaar slaan om samen grote, complexe projecten leven in te blazen. Privéinvesteerders hebben hiervoor de middelen, en zijn op zoek naar risicoreductie en rendement op lange termijn. Dit is koren op de molen van overheden, die vaak projecten in de pijplijn hebben zonder de nodige financiering.”
Vorig jaar nog kondigde de Europese Commissie onder leiding van Jean-Claude Juncker een investeringsplan aan voor onder andere openbare infrastructuur, waarbij het gros van de middelen uit de privéhoek komt.
Het doel is met deze privéinvesteringen zuurstof te geven aan projecten die vitaal zijn voor de economische ontwikkeling van Europa.
