• 22/08/2013

Chinese groeimirakel: droom of nachtmerrie voor westerse bedrijven?

Tijdens het recente "Corporate Event" van Agoria gaven Bert De Graeve, de Chinese Prof. Dr. ShaoJun Wei en Alberto Di Felice hun visie ten beste op 'produceren in China'.

Trefwoorden: #Agoria, #Alberto Di Felice, #Bekaert, #Bert De Graeve, #China, #guanxi, #produceren in china, #Qualcomm, #ShaoJun Wei, #Tsinghua University

Lees verder

Magazine

Download het artikel in

ENGINEERINGNET.BE -- Het werd een boeiend panelgesprek over de nood aan snelle actie, wederzijds vertrouwen en het onvermijdelijke 'guanxi'.

Prof. Dr. Wei van Tsinghua University, de Chinese tegenhanger van het Amerikaanse MIT, opende het gesprek met een verwijzing naar de Amerikaanse president Obama. Die is volgens hem dé verpersoonlijking van de Amerikaanse droom, waarin je ongeacht je afkomst alles kunt bereiken wat je maar wilt in het leven.

«Maar de Chinese droom is fundamenteel anders», zo onderstreepte hij. «China bevindt zich op een heel ander ontwikkelingsniveau dan de Verenigde Staten, en de droom van zijn inwoners is een stuk bescheidener: zij willen gewoon een goed leven, en om dat te bereiken zijn werken aan onderwijs, gezondheidszorg, armoedebestrijding en veiligheid momenteel de hoogste prioriteiten.»

Bert De Graeve, naast CEO van Bekaert ook een befaamd China-kenner en ondermeer ereburger van Shanghai, nuanceerde dat in China de ruime meerderheid van de 1,3 miljard inwoners inderdaad nog altijd in armoede leeft, maar dat het land daarnaast ook een rijkere klasse van zo'n 300 miljoen mensen telt met een welvaartsniveau dat het onze benadert.

Hij waarschuwde voor de soms misleidende bescheidenheid die in de Chinese volksaard lijkt ingebakken: «Chinezen zijn nooit agressief... tot ze je helemaal opgeslokt hebben.» Een ander basiskenmerk van de Chinese identiteit, volgens Bert De Graeve: «Chinezen hebben één doel voor ogen: zich intellectueel verrijken, alsook hun gezondheid en materiële welvarendheid verbeteren.

En ze zijn bereid om daar hard voor te werken en voortdurend bij te leren. Dat is de kans, maar tegelijk de uitdaging: de kans is dat je in China over de beste mensen kunt beschikken en dat die nog leergierig zijn ook. De bedreiging is dat deze mensen effectief leren.

Ze zijn bereid om voor jou te werken zolang ze bijleren, maar daarna zullen ze niet alleen stoppen om voor je te werken, maar je ook actief gaan beconcurreren op je eigen terrein.» En dat kan snel gaan, zo bezwoer De Graeve zijn toehoorders later in het gesprek: «De snelheid waarmee Chinezen denken, beslissen en handelen is ongelooflijk. Ze hebben veel tijd nodig om te plannen, maar zodra hun plan klaar is kan je je als concurrent maar beter reppen...»

Volgens Alberto Di Felice, Government Affairs Analyst bij technologiefabrikant Qualcomm, begon de Chinese droom op het moment dat de overheid er besloot zijn markt open te stellen voor internationale handel en het land in recordtempo uitgroeide tot de 'fabriek van de wereld'.

Vandaag, zo stelt hij, bestaat de grote uitdaging voor de Chinese economie er in om te evolueren van louter productieapparaat naar meer eigen R&D- en innovatiecapaciteit. Een mogelijke piste daarvoor is volgens hem een zeer marktgerichte aanpak zoals bij Qualcomm's eigen 'reference designs'-programma.

Andere mogelijkheden zijn stimulerende maatregelen bij overheidsopdrachten (bijv. een bepaald percentage van meedingende producten moet lokaal geproduceerd en/of ontwikkeld zijn) of duidelijkere criteria bij het opstellen van nationale standaarden (vandaag een weinig transparant proces).

'Guanxi', of 'een netwerk van contacten'
Alberto Di Felice merkte op dat China op juridisch vlak nog veel werk aan de winkel heeft en dat onder meer op het vlak van intellectuele eigendomsrechten meer duidelijkheid absoluut wenselijk is.

«En ook qua schaalgrootte en organisatiestructuur valt het land totaal niet te vergelijken met België. Dat betekent onder meer dat de overheidsniveaus waarmee je als ondernemer moet interageren, niet noodzakelijk dezelfde zijn als in het westen. En dat is voor westerse bedrijven een enorme uitdaging.»

«Klopt, en daarom kan je in China onmogelijk succesvol worden zonder 'guanxi', een sterk netwerk van contacten op alle mogelijke niveaus», zo bevestigt De Graeve: «Ook wie diplomatieke steun geniet heeft een voordeel, want diplomaten staan in China in zeer hoog aanzien.»

En nog een derde advies van De Graeve in verband met guanxi: «Als je naar China trekt, uiteraard nadat je eerst hebt nagegaan of er in het land wel degelijk een markt is voor je producten en diensten, zorg dan dat je altijd een goede vertaler mee hebt: niet iemand die zomaar woorden vertaalt, maar iemand die over de cultuurverschillen heen precies kan overbrengen wat jij en je Chinese gesprekspartners bedoelen.

In de zakenwereld wordt vaak onderschat welke inspanning het vergt om in een andere taal of met een andere cultuur te communiceren. Business is overal in de wereld hetzelfde, denkt men, en de universele taal is die van het geld. Welnu, dat klopt niet.

Als wij met 10.000 werknemers succesvol zijn in China, komt dat omdat we trachten te begrijpen hoe onze markt en onze klanten denken, hoe ze functioneren en wat voor hen belangrijk is. En niet omdat we onze eigen veronderstellingen als absolute waarheid aanzien.»

Steile economische groei?
Prof. Dr. Wei is ervan overtuigd dat China zijn steile groei kan handhaven: «Vergeet niet dat de Chinese overheid een belangrijke invloed uitoefent op de economische activiteit in het land. De schijnbare economische groeivertraging is enigszins artificieel gestuurd, en ingegeven door de noodzaak om eerst de door de te snelle groei veroorzaakte problemen op te lossen. Denk aan de luchtvervuiling: in Beijing alleen al rijden vandaag 5,5 miljoen auto's rond, dus de autoproductie en -verkoop werden wat ingetoomd.»
«Een ander aspect is dat de zogeheten 'slowdown' vooral betrekking heeft op het industriële oosten van het land. De overheid zou de industriële activiteit gemakkelijk naar het goedkopere centrum of westen van China kunnen verplaatsen. En ten derde: er zijn nog enorme groeikansen weggelegd in de interne markt, waar nog een grote kloof is tussen de 300 miljoen rijken en de anderen.»

Kansen, uitdagingen en bedreigingen
Volgens Dr. Wei heeft het westen in vele sectoren nog een belangrijke voorsprong op China. Een van die sectoren is volgens hem de ICT-markt, waar China op een aantal megaspelers na (Huawei, ZTE Corporation,... ) vooral actief is in de productassemblage.

Bert De Graeve van zijn kant meent dat China vooral snel af moet van zijn obsessie om in alles de grootste te willen zijn: «De Chinese staalindustrie heeft tweemaal de productiecapaciteit die ze in eigen land nodig heeft en kan op haar eentje de wereldwijde vraag invullen.

De sector van zonne-energie heeft 4x de wereldwijd vereiste capaciteit en zelfs 10x de capaciteit die in eigen land nodig is. Dergelijke overcapaciteit is een garantie voor de laagste prijs, maar ze brengt ook met zich mee dat er geen enkele marge overblijft voor innovatie. Als China op dat elan voortgaat, blijft het gedoemd om bedrijven over te nemen en technologie in te kopen.»

«De kracht van Europa», zo beaamt ook Alberto Di Felice, «is dat zijn bedrijven jaarlijks tot 24% van hun omzet blijven investeren in R&D. Die R&D en de intellectuele eigendom die eruit voortvloeit zijn sleuteltroeven voor ons continent.»

Tot slot waren de drie sprekers het erover eens dat westerse bedrijven die een Chinees avontuur willen opstarten, daarbij best opteren voor samenwerking met lokale partners. «Elkaar begrijpen is niet altijd gemakkelijk, maar de meeste problemen komen voort uit een gebrek aan wederzijds begrip.

We moeten er dus in de eerste plaats alles aan doen om elkaar zo goed mogelijk te leren verstaan, op technisch, cultureel en zakelijk vlak», zo besloot Prof. Dr. Wei. Bert De Graeve voegde er nog een mooie, op een Afrikaans spreekwoord geïnspireerde boutade aan toe: «China, is a huge opportunity, but it can also be a nightmare. It really can be a long desert. So if you want to walk fast, walk alone. If you want to walk far, walk together. And you just have to know how far in the desert you want to go.»


(foto's: Agoria)

Op de foto bovenaan:
Prof. Dr. ShaoJun Wei: «Ik ben ervan overtuigd dat China zijn economische groei ook in de komende 10 tot 20 jaar kan handhaven»